Zoeken in collecties

Uw zoekacties: Vestigingsplaats: Dordrecht
zzOUD Databestand kloosters in Nederland
beacon
 
 
Erfgoedstuk
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: Dordrecht
Datering:
1282 - 1572
Orde of congregatie:
Augustijnen
Plaatsnaam:
Dordrecht
Provincie:
Zuid-Holland
Parochie:
Dordrecht-Onze Lieve Vrouw
Destijds gewest:
Holland
Bisdom:
Utrecht
Stichting/eerste vermelding:
1282
Opheffing/laatste vermelding:
1572
Type:
Klooster, m
Geschiedenis:
Het op de hoek van de Voorstraat en het Steegoversloot in Dordrecht gelegen augustijner klooster werd tussen 1282 en 1284 gesticht op door graaf Floris V geschonken grondgebied. In de literatuur wordt evenwel ook 1293 als stichtingsjaar genoemd. Het klooster ressorteerde onder de “Keulse provincie” van de Augustijner Orde, waarbij het zich in 1299 had aangesloten. Het convent beschikte over een uitgebreid termijngebied. Het had termijnhuizen in Breda, Delft, Gouda, ’s-Hertogenbosch, Hoorn, Kampen en Utrecht. In 1442 werd het klooster verbouwd en de kloosterkerk uitgebreid. Vrij kort na zijn stichting werd het klooster door brand geteisterd, terwijl in 1512 er opnieuw brand uitbrak. Aangenomen wordt, dat bij deze laatste brand het klooster, in tegenstelling tot de kerk, grote schade opliep. Om herstel van de inmiddels verslapte kloostertucht te bewerkstelligen, sloot het convent zich in 1516 aan bij de Augustijnse Observantencongregatie van Saksen. In 1572 vond er in de refter van het klooster de Eerste Vrije Statenvergadering van Holland en West-Friesland plaats. In deze vergadering werd Willem van Oranje erkend en in ere hersteld als rechtmatige stadhouder van Holland, Zeeland en Utrecht. Tevens werd het besluit genomen tot vrije uitoefening van zowel de gereformeerde als de katholieke godsdienst. Van dit besluit kwam echter niets terecht. De augustijnen verlieten de stad toen. De kloosterkerk kwam in handen van de gereformeerden. De stad Dordrecht werd eigenaar van de kloostergebouwen, die delen daarvan verhuurde of verkocht. In 1586/1587 werd met behoud van het pandhof, de refter met de voorraadkelders, het dormitorium en de kloostertuin tot verbouwing van de kloostergebouwen overgegaan. Het complex, dat sindsdien Prinsenhof genoemd werd, deed voor meerdere doeleinden dienst
Gebruikte literatuur:
Monasticon Batavum, deel II, p. 60; H.A. van Duinen, “Een augustijnenklooster van aanzien: conventus sancti augustini dordracencis 1275-1572” (Jaarboek 2010 van Historische Vereniging Oud-Dordrecht), p. 162; H.A. van Duinen, ‘Het voormalige augustijnenklooster in Dordrecht’ op website Orde der Augustijnen, http://www.augustijnen.nl/C87-Dordrecht.html (13-09-2016); J. van Herwaarden, D. de Boer, F. van Kan, G. Verhoeven,”Geschiedenis van Dordrecht: Geschiedenis van Dordrecht tot 1572” (Hilversum 1996), p. 327; A. Nelemans, ‘De ommekeer van de Augustijnen’ op website Digibron, http://www.digibron.nl/search/detail/c5cd0f5ddfa38685f35298e8bf0eeae2/de-ommekeer-van-de-augustijnen (13-09-2016); M.C. Dorst , “(Be)graven bij de Augustijnen. Het Hof, Dordrecht, een archeologische begeleiding” (Dordrecht 2014), p. 10-14
Gebruikte websites:
Website Augustijns Instituut Eindhoven, http://www.augustinus.nl/uitgaven_detail.php?nav=80&u=69 (13-09-2016); Website Wikipedia, https://nl.wikipedia.org/wiki/Augustijnenkerk_(Dordrecht) (13-09-2016)
ENK Monasticon nummer:
ME-P002-009
VU Kloosterlijst nummer:
D40