Zoeken in collecties

zzOUD Databestand kloosters in Nederland
beacon
 
 
Erfgoedstuk
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: Gouda
Datering:
1419 - 1572
Orde of congregatie:
Tertiarissen
Naam van het klooster:
St.Catharinavonvent
Patroonheilige:
Sint Catharina
Plaatsnaam:
Gouda
Provincie:
Noord-Holland
Parochie:
Gouda
Destijds gewest:
Holland
Bisdom:
Utrecht
Stichting/eerste vermelding:
1419
Opheffing/laatste vermelding:
1572
Type:
Klooster, v
Geschiedenis:
Het Sint Catharinaconvent in Gouda, waarvan de eerste melding uit 1419 dateert, was waarschijnlijk oorspronkelijk in de omgeving van de huidige Vijverstraat gelegen. Als stichteres wordt Yde Engebrechtsdochter vermeld. Het klooster werd doorgaans dan ook Zuster Ydeklooster genoemd. Later, de exacte datum is niet bekend, verhuisde het convent naar de Groeneweg. Al in 1422 had het convent de derde regel van Sint Franciscus aangenomen en was het aangesloten bij het Kapittel van Utrecht. Tot besluiting van het convent, waarvoor de de bisschoppelijke opdracht uit 1422 dateerde, werd in ieder geval vóór 1492 overgegaan. De zusters verrichtten op enige schaal werkzaamheden op het gebied van textielnijverheid, hetgeen blijkt uit een overeenkomst van 1453, waarbij aan de zusterhuizen in Gouda elk zes weefgetouwen werd toegestaan. Voorts hadden de zusters een eigen boerderij, waaraan de naam Koepoort nog herinnert. Het Sint-Catharinaconvent verzette zich in 1571 met andere tertiarissenconventen tegen de beslissing van Paus Pius V om het Kapittel van Utrecht onder de jurisdictie van de minderbroeders te stellen. In 1572 bezette de Geuzen onder aanvoering van Adriaen van Swieten Gouda. Door het verbod op de rooms-katholieke eredienst kwam er toen stilzwijgend een einde aan het bestaan van het convent. De overgebleven zusters werden vanaf 1574 gealimenteerd, eerst vanwege de Staten, later vanwege de stad Gouda. In 1605 woonden er nog steeds zusters bijeen in een gebouw op het voormalige kloosterterrein. In 1593 werd het kloosterterrein, waarop de Geuzenstraat werd aangelegd, in percelen verkocht. Een deel van de gebouwen werd toen als tuchthuis ingericht. De kapel, waarvan in 1582 al materialen onder meer ten dienste van reparaties aan de Sint Janskerk waren verkocht, bleef echter stadseigendom. Dit gebouw werd voor allerlei doeleinden gebruikt, onder andere als turfopslagplaats, waardoor het in de volksmond de naam ‘Turfkerk’ kreeg. Sloop van de kapel volgde tenslotte in 1851
Gebruikte literatuur:
Monasticon Batavum, Deel I, p. 80; Monasticon Batavum, Supplement, p. 57; Monasticon Trajectense, http://www2.let.vu.nl/oz/monasticon/detail.php?ID=058 (23-02-2017); K. Goudriaan, ‘De verdwenen kloosters’ in “Gouda, De Nederlandse monumenten van geschiedenis en kunst” van W. Denslagen (Zwolle 2001), zie ook http://www.dbnl.org/tekst/dens002goud01_01/dens002goud01_01_0014.php (23-02-2017), p. 183-185
Blz.183; K. Goudriaan, ‘De vroegste kloosterstichtingen in Gouda’ in “Tidinge van die Goude”, 14 (1996), p. 14-16; H. van Dolder-de Wit, ‘Het Catharinaklooster of ‘Suster Yde convent’ in “Tidinge van die Goude”, 16 (1998), p. 113-117,
Gebruikte websites:
Website Wikipedia, https://nl.wikipedia.org/wiki/Catharinaklooster_(Gouda) (23-02-2017); Website Wikipedia, https://nl.wikipedia.org/wiki/Kloosters_in_Gouda#Catharinaklooster (23-02-2017)
Opmerkingen:
Behalve dat dit klooster ook Rosendaal als naam werd het in de volksmond Zuster Ydeklooster genoemd
ENK Monasticon nummer:
ME-Z207-041
VU Kloosterlijst nummer:
G17