Zoeken in collecties

J. Bogaers, pastoor-deken te Cuijk, verzocht de Congregatie van de Broeders van Maastricht om in Cuijk het lager onderwijs voor jongens op zich te nemen. Ter huisvesting van de broeders had hij in Cuijk reeds een huis laten bouwen. Toen hij, nog voordat de broeders dit huis hadden betrokken, kwam te overlijden, zag de Congregatie van de Broeders van Maastricht er vanaf zich in Cuijk te vestigen. Pastoor-deken F. Bijvoets, de opvolger van pastoor-deken Bogaers, wist te bewerkstelligen dat de Congregatie van de Fraters van Tilburg de zorg voor voormeld onderwijs op zich nam. Ter huisvesting van de fraters van deze congregatie liet hij aan de Grotestraat in Cuijk een nieuw fraterhuis bouwen. In 1888 betrokken de fraters dit huis, dat toegewijd aan H. Aloysius van Gonzaga, het Aloysiusgesticht genoemd werd. Het huis, dat pastoor-deken Bogaers in Cuijk voor de broeders van Maastricht had laten bouwen, werd afgebroken. In 1900 werd het fraterhuis aan de Grotestraat met name voor de opvang van de jeugdbeweging uitgebreid met een patronaat. Hiervoor werd het huis naast het fraterhuis afgebroken. Het patronaat, dat St. Jozefvereniging als naam kreeg, bleef tot 1917 in gebruik. In 1961 verhuisden de fraters naar het pand Graaf Hermanstraat 23 in Cuijk. Het fraterhuis aan de Grotestraat ging met het patronaat deel uitmaken van het Cuijkse schouwburgcomplex. Ook vestigde er zich de VVV en later de bibliotheek