De norbertijnen van Lidlum hadden in de vijftiende eeuw in de Voorstraat in Franeker een refugiehuis. Toen in 1572 Caspar de Robles de geuzen versloeg in de slag bij Stavoren, waarna Franeker maar ook Bolsward en Sneek, die zich al voor de prins van Oranje hadden verklaard, zich aan de koninklijke troepen overgaven, achtte abt Joannes van Geelmuiden het veiliger met zijn conventualen in het refugiehuis te Franeker te blijven, dan opnieuw het door soldaten bezette, zwaar gehavende klooster te Lidlum te gaan bewonen. Bij de Hervorming in 1580 vervielen de bezittingen van het klooster te Lidlum, evenals die van andere kloosters in Friesland, aan de Staten van Friesland. Het refugiehuis te Franeker werd ten slotte in 1624 publiekelijk verkocht