Zoeken in collecties

Uw zoekacties: Vestigingsplaats: Nijkerk

zzOUD Databestand kloosters in Nederland

beacon
 
 
Erfgoedstuk
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: Nijkerk
Orde of congregatie:
Benedictinessen
Naam van het klooster:
Uithof Abdij St.Vitus Elten
Plaatsnaam:
Nijkerk
Provincie:
Gelderland
Destijds gewest:
Gelre
Type:
Uithof, v
Geschiedenis:
Uit een pachtregister uit eind 14e/begin 15e eeuw blijkt, dat de benedictinessenabdij Sint-Vitus te Elten beschikte over een hof in Appel, een buurschap gelegen ten zuidoosten van Nijkerk. Deze hof maakte deel uit van de uitgestrekte bezittingen, die toebehoorden aan Wichman IV, graaf van Hamaland, die een deel daarvan schonk aan voornoemde, door hem gestichte abdij, waarvan zijn dochter Liutgart de eerste abdis werd. Ook zij schonk aan deze abdij na het overlijden van haar vader haar aandeel, die zij kreeg in de erfenis van diens bezittingen, die toen onder haar en haar zuster Adele verdeeld werden. Deze verdeling werd echter door Adele zwaar bevochten met als resultaat, dat in een oorkonde uit 996 de erfenis van hun vader, waartoe ook de schenkingen aan de Sint-Victus abdij gerekend werden, in twee gelijke delen gesplitst werd. De ene helft kwam toe aan Adele. De andere helft was voor Liutgart, die deze aan de Sint-Victusabdij schonk. Aldus kwam voormelde hof in Appel, die -zo blijkt uit latere vermeldingen- Kemna heette, voor de helft in het bezit van voornoemde abdij. Door schenkingen van Adela’s kinderen kwam later echter ook de andere helft in handen van de abdij. Omstreeks het jaar 1000 waren de meeste goederen die tot de hof in Appel behoorden zogenaamde volschuldige hofhorige kloostergoederen. Deze goederen werden bewerkt door boeren, die als horigen of onvrijen aan de hof en aan de grond, die ze bewerkten, verbonden waren. Ze waren niet vrij om zich elders te vestigen of om bijvoorbeeld te trouwen met wie zij wilden. Jaarlijks dienden ze, meestal in de vorm van graan en vee, goederen aan de abdij af te dragen en moesten ze diensten ten behoeve van de hof verrichten. Als wederdienst kregen ze, om zichzelf en hun gezin te onderhouden, van de abdij een boerderij met land in gebruik, waarvan het recht op dit gebruik op het oudste kind vererfde. Tot in de 16e eeuw bleef de hof, waarvan de gebouwen rond 1850 gesloopt werden, in bezit van de Eltense abdij
Gebruikte literatuur:
A.Kos, ‘De goede luden van Gooiland. Oorsprong en wording van de Gooise marke’ in “Jaarboek voor Middeleeuwse Geschiedenis, 7, 2004 (Hilversum 2004), p. 145/146/157/158; J. van Doesburg, ‘De hof van de abdij van Elten in Appel (gemeente Nijkerk)’ in “Westerheem – Special 2014: Graven in Holland. De Hoven van de Hollandse Graven tot het eind van de 13e eeuw in vergelijkend perspectief”, zie ook: https://www.academia.edu/9806681/De_hof_van_de_abdij_van_Elten_in_Appel_gemeente_Nijkerk_ (11-11-2018)
Blz. 234/235; P. Bijvank, ‘Boerderij Groot Appel bij Nijkerk. Historie van een leengoed’ in “ Stichting Oud Nijkerk”, september 2015, nummer 3, zie ook: https://docplayer.nl/21072432-Boerderij-groot-appel-bij-nijkerk-historie-van-een-leengoed.html (11-11-2018), p. 2/3
Gebruikte websites:
Website Memo Kennislink, https://www.nemokennislink.nl/publicaties/de-walburg-van-de-graaf-van-hamaland/ (11-11-2018); Website Mijn Gelderland, https://mijngelderland.nl/inhoud/canons/nijkerk/een-middeleeuwse-walburg-in-appel (11-11-2018); Website Wikipedia, https://nl.wikipedia.org/wiki/Appelse_walburg (11-11-2018)
ENK Monasticon nummer:
ME-Z011-011
VU Kloosterlijst nummer:
X14b