Zoeken in collecties

Het Magdalenaklooster in Sluis werd vóór 1389 nabij de Zuidpoort als gasthuis gesticht. In het eerste kwart van de 16e eeuw werd niet ver van de Oostpoort aan het Paardenwater een nieuw klooster gebouwd. De zusters, die als conversinnen de regel van Sint Augustinus aannamen, ontvingen evenals de zusters van hun dochterklooster te Brugge, het Bethaniëklooster, zielzorg vanuit het Windesheimse klooster Ten Hole, dat gelegen was in de plaats Melle, dat onder de tegenwoordige Belgische provincie Oost-Vlaanderen valt. In 1572 werd overgegaan tot de sloop van het inmiddels vervallen kapelletje, dat behoorde bij het eerder al afgebroken oude kloostercomplex. In 1581 werden de gebouwen van het Magdalenaklooster, dat toen reeds opgeheven was, verkocht. Daarop verlieten de zusters in 1582 de stad, waar ze echter na de herverovering van Sluis door Parma voor korte tijd terugkeerden. Het kloostercomplex, waarvan de plaats waar het stond heden ten dagen nog Magdalene heet, werd toen afgebroken. Het vrijkomende bouwmateriaal werd gebruik om de stad tegen de Spanjaarden te versterken