Zoeken in collecties

Voorwerpencollectie

Als u op een afbeelding klikt, vind u meer informatie over het voorwerp. U kunt zoeken door: 

 

  • Het intypen van een woord in het zoekveld. U vindt dan resultaten als het woord letterlijk in de catalogus voorkomt.
  • Met behulp van de selectiefilters die onder het zoekveld staan (kloosterorganisatie, trefwoord).

 

 
 

Handig om te weten: als u beschrijvingen wilt zien in plaats van afbeeldingen, klik dan bij 'weergave' op: Tabelweergave. 

 

Filter: unknownx
beacon
4.020  voorwerpen
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-P012-029 Tekening van kerk en klooster der Dominicanen in Zwolle
Datering:
1899
Deelcollectie:
Dominicanen
Vervaardiger:
R.A. van de Pavert
Materiaal/techniek:
Potlood en waterverf op papier, in goud geschilderde houten lijst achter glas
Breedte in cm:
74 (excl. lijst); 85 (incl. lijst)
Hoogte in cm:
65 (excl. lijst); 76 (incl. lijst)
Opmerkingen:
Rechtsonder gesigneerd. Linksboven de signatuur (ter accoordering) van architect J. Kayser. Etiket op achterzijde: 'Afkomstig van dhr. De Groot, aannemer van de kloosterbouw (Heeft op zijn kamer gehangen)'.
Documentatie:
Inventaris SKKN Dominicanen, Zwolle, nr. 287
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-P001-003 Tekening van pater Willibrord Oude Lenferink aa (1891-1955)
Toelichting:
Rechtsonder gesigneerd: "J. v.d. Sangen 55".
Datering:
1955
Deelcollectie:
Assumptionisten
Vervaardiger:
J. v.d. Sangen
Materiaal/techniek:
Tekening met zwart potlood en houtskool
Lengte in cm:
52,5
Breedte in cm:
42,5
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-P039-078 Tekening voor prentje bij priesterwijding Stephan de Smet cssr (1930-2000)
Toelichting:
Gemaakt voor het prentje bij de priesterwijding van pater De Smet op 22 september 1955. Op de afbeelding de gekruisigde Christus met op de achtergrond de St. Stephanuskerk en Waalbrug te Nijmegen, de geboorteplaats van pater De Smet. Onder aan het kruis het devies van de congregatie der Redemptoristen: "Bij hem is over vloedige verlossing" (psalm 130). Signatuur onder tekst: "F.S. CssR". Volgens notitie achterop de lijst vervaardigd door pater Gerard Mathot cssr.
Datering:
1955
Deelcollectie:
Redemptoristen
Vervaardiger:
[Gerard Mathot cssr]
Materiaal/techniek:
Zwarte inkt op papier, achter glas in houten lijst met metalen hangoogje
Lengte in cm:
40,5
Breedte in cm:
23,5
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-P017-Am0055 Tekening, Theodorus van Celles
Toelichting:
Theodorus van Celles met geopend boek. Vóór hem twee Kruisheren in verschillend ordekleed. Linksonder zijn familiewapen met gekroonde, half aanziende helm en een vlucht als helmteken (zie inv.nr. Ag/0058). Rechtsonder een wapenschild met het Kruisherenkruis, half aanziende helm met doornenkroon en als helmteken een Kruisherenkruis. Rechtsboven op een heuvel de burcht van de heren van Celles. Linksboven de tekst "BEATUS THEODORUS DE CELLA / FUNDATOR / ORD: FRATRUM SANCTÆ CRUCIS"
Datering:
ca. 1936
Deelcollectie:
Kruisheren
Vervaardiger:
Koos van der Horst Jr.
Plaats vervaardiging:
Delft
Materiaal/techniek:
Ingekleurde pentekening; inkt en papier
Lengte in cm:
lijst 22,8 x 17,8
Opmerkingen:
Theodorus van Celles (1166-1236) wordt beschouwd als de stichter van de orde van het H. Kruis. Over de ontstaansgeschiedenis van deze orde is echter nagenoeg niets met zekerheid bekend. Waarschijnlijk hebben omstreeks 1211 vijf seculiere kanunniken onder leiding van genoemde Theodorus bij Hoei een klooster gesticht, gewijd aan het H. Kruis, 'Clairlieu' genaamd. Vast staat dat Innocentius IV in 1248 de orde goedkeuring heeft verleend.
Over de omstandigheden waaronder de orde van de Kruisheren, oorspronkelijk Kruisbroeders genoemd, tot stand kwam, zijn meerdere versies in omloop. Middeleeuwse geschriften vermelden daarbij de naam van Theodorus van Celles niet. In het werk van
de Kruisheer Henricus Russelius uit 1635 wordt genoemde Theodorus geïntroduceerd als de stichter. Als jongste telg uit een adellijk geslacht zou hij zijn opleiding te Luik hebben ont¬vangen, waarna hij de bisschop uit die stad vergezelde op de derde kruistocht (1189-1191). Terugkerende zou de bisschop, vóór hij overleed, hem tot kanunnik van het kathedrale kapittel van Luik hebben benoemd. Voorts wordt van hem verhaald dat hij jaren later deelnam aan een kruistocht tegen de Albigenzen en hierna via prediking een oproep deed tot deelname aan dergelijke expedities. Tegelijk zou hij zich hebben ingezet voor zieken en pelgrims. Uit protest tegen een weelderig leven heeft hij zich, naar gezegd wordt, ca.1211 met enige metgezellen terug getrokken op de heuvel Clairlieu (Clair-Lieu) bij Hoei, waar zij hun leven vulden met pastoraal werk, meditatie en gebed.
De tekening werd vervaardigd naar aanleiding van de herdenking van het zevende eeuwfeest van het sterfjaar van de stichter (1236).
Koos van der Horst Jr., zie onder inv. nr. Ag/0041
Documentatie:
Literatuur: "Inventarisatie-rapport Klooster St. Helena te Amersfoort", Stichting Kerkelijk Kunstbezit in Nederland (SKKN), 1996, 2 delen: tekst en foto's, inv. nr. 55; J. Scheerder o.s.c., Henricus van den Wijmelenberg: een religieus emancipator in Oost-Brabant 1800-1881. De nieuwe lente in de orde van het H. Kruis, Tilburg 1976, ongepagineerde bladzijde tegenover p. 116
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z079-303 Tekeningen "Sancta Mater Nostra Theresia a Jesu" en "Sanctus Pater Noster Joannes a Cruce"
Toelichting:
Deze tekeningen van Theresia van Avila en Johannes van het Kruis zijn gemaakt door Leo Lewi.
Datering:
z.j.
Deelcollectie:
Ongeschoeide Karmelietessen
Materiaal/techniek:
Ingelijst
Breedte in cm:
37
Hoogte in cm:
51
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z076-028 Tekeningen van huizen te Tilburg
Toelichting:
Gaat om de huizen: Stationstraat 32, Korvelplein 41, Langestraat 55 en pand Wit-Gele kruis Bisschop Zwijssenstraat.
Datering:
z.j.
Deelcollectie:
Julianazusters
Materiaal/techniek:
Viltstift op papier
Breedte in cm:
87
Hoogte in cm:
62
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-051 Tekeningen van verschillende huizen van de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Tegelen)
Toelichting:
Tekeningen van: St. Josephklooster Venray (1-8), St. Josephklooster Tegelen (9-10), Annaklooster Tegelen (11), Ziekenhuis Tegelen (12-13), Antoniusklooster Blerick (14), Maria Roepaan Ottersum (15), St. Josephklooster Maasbree (16) en St. Josephklooster Steyl (17-18).
Datering:
1970-1990
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Vervaardiger:
Zr. Chretiënne Rameckers (1-6, 9, 11-14, 16-17); Sjra van Roy (7, 18); Piet Camps (10); F. Kramer-Hoek (15); onbekend (8)
Materiaal/techniek:
Tekeningen op papier, foto's van originelen (4-6), kniptekening (8)
Lengte in cm:
20-44
Breedte in cm:
26-57
Trefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z079-220 Tekstbord uitstelling
Toelichting:
Bordje met in schoonschrift geschreven "Exposition du Saint Sacrement"..
Datering:
ca. 1900
Deelcollectie:
Ongeschoeide Karmelietessen
Materiaal/techniek:
Tekst achter glas
Breedte in cm:
11,5
Hoogte in cm:
4,5
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z079-213 Tekstbord ziekenkamer
Toelichting:
Het kaartje met de tekst "Er wordt biecht gehoord" hing men aan de deur van de ziekenkamer als de zieke aan het biechten was.
Datering:
z.j.
Deelcollectie:
Ongeschoeide Karmelietessen
Materiaal/techniek:
Kartonnen handgeschreven kaartje aan een touwtje
Breedte in cm:
9,5
Hoogte in cm:
6,5
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z069-008 Tekstkaartjes voor novicen
Toelichting:
De kaartjes bevatten teksten die een novice van de Franciscanessen van Oirschot uitsprak om tot de professie te worden toegelaten en te bedanken dat zij de professie heeft mogen afleggen. In het "Usuale of gebruikenboek van de Zusters Penitenten Recollectinen van Oirschot" (1951) worden deze plechtigheden als volgt beschreven: "De novice die tot de professie wordt toegelaten, knielt op de bepaalde tijd met diepgebogen hoofd in het midden van de refter. Op een teken van de Eerwaarde Moeder heft zij het hoofd op en richt tot de communiteit het volgende verzoek: 'Eerwaarde Moeder en Zusters, ik vraag U mij te willen toelaten tot de professie in Uw Orde, om met Gods genade een religieus leven te leiden in Gods Kerk'. Daarna vraagt zij de retraite te mogen beginnen met de woorden: 'Eerwaarde Moeder, ik bid om myne Geestelyke Afzondering te mogen houden; gelief voor my te bidden, opdat zy moge strekken tot Gods meerdere eer en glorie, en tot zaligheid myner ziel'. Dan buigt zij weer diep het hoofd en na de toestemming van de Eerwaarde Moeder ontvangen te hebben, kust zij de grond en begeeft zich naar haar plaats." Bij de eerstvolgende maaltijd na de professie bedankt de novice in het midden van de refter met diepgebogen hoofd met de formule: 'Eerwaarde Moeder en Zusters, ik dank U, dat U mij hebt willen toelaten tot de professie in Uw Orde. Ik beveel mij aan in Uw gebeden, opdat ik hierin mag volharden tot eer van God en tot welzijn van mijn medemens'. Tevens bedankt zij voor de retraite met de volgende woorden: 'Eerwaarde Moeder, Deo gratias, dat ik mijn geestelijke afzondering heb mogen houden. Het is mijn schuld, dat ik mijn tijd niet beter heb doorgebracht, dat ik mijn ogen zo weinig heb beheerst en het stilzwijgen heb verbroken'. Dan buigt zij weer diep het hoofd, luistert met aandacht naar de eerwaarde Moeder, kust de grond en begeeft zich naar haar plaats.
Datering:
1940-1960
Deelcollectie:
Franciscanessen van Oirschot
Materiaal/techniek:
Karton
Lengte in cm:
12 (1), 10 (2)
Breedte in cm:
10 (1), 11 (2)
Diepte in cm:
2 (1), 3 (2)
Documentatie:
"Usuale of gebruikenboek van de Zusters Penitenten Recollectinen van Oirschot" (1951), pp.11-12. De teksten op de kaartjes en in het 'Usuale' zijn licht afwijkend van elkaar
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z069-007 Tekstkaartjes voor postulanten
Toelichting:
De kaartjes bevatten teksten die de postulante van de Franciscanessen van Oirschot uitsprak om in de communiteit te worden opgenomen, tot de inkleding te worden toegelaten en te bedanken voor de gunst van de inkleding. In het "Usuale of gebruikenboek van de Zusters Penitenten Recollectinen van Oirschot" (1951) worden deze plechtigheden als volgt beschreven: "Op de dag, door de Eerwaarde Moeder bepaald, vraagt de postulante de gunst om in de communiteit te worden toegelaten. Zij knielt dan des avonds vóór de maaltijd met diep gebogen hoofd in het midden van de refter. Op een teken van de Eerwaarde Moeder richt zij het hoofd op en zegt: 'Eerwaarde Moeder, om Gods Wil vraag ik U ootmoedig, in Uw communiteit te worden opgenomen en bid om de gunst in Uw H. Orde te mogen leven en sterven'. Dan buigt zij weer diep het hoofd, luistert met aandacht naar de woorden van de Eerwaarde Moeder, kust vervolgens de grond en begeeft zich naar haar plaats." Het verzoek om tot de inkleding te worden toegelaten gebeurt op dezelfde wijze waarbij de volgende formule wordt gebruikt: 'Eerwaarde Moeder en Zusters, ik vraag U het kleed van Uw Congregatie te moge ontvangen, om met U Christus te volgen in liefde, gebed en boetvaardigheid'. Bij de eerstvolgende maaltijd na de inkleding bedankt de novice in het midden van de refter met diepgebogen hoofd met de formule: 'Eerwaarde Moeder en Zusters, ik dank U, dat U mij het kleed van Uw Congregatie hebt geschonken. Ik beveel mij aan in Uw gebeden, opdat het voor mij mag zijn een teken van toewijding aan God en aan het welzijn van mijn medemens'.
Datering:
1950-1960
Deelcollectie:
Franciscanessen van Oirschot
Materiaal/techniek:
Karton
Lengte in cm:
11
Breedte in cm:
11
Diepte in cm:
2
Documentatie:
"Usuale of gebruikenboek van de Zusters Penitenten Recollectinen van Oirschot" (1951), pp. 9-10. De teksten op de kaartjes en in het 'Usuale' zijn licht afwijkend van elkaar
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z076-006 Temperatuurmeter
Toelichting:
Waarschijnlijk badthermometer; blankhouten vatting met watersporen; Celsius en Fahrenheitschaal; merktekens KB bij 20 C en WB bij 32 C (Koud bad; Warm bad).
Datering:
z.j.
Deelcollectie:
Julianazusters
Materiaal/techniek:
Glas, kwik, papier in houten houder
Breedte in cm:
2,5
Hoogte in cm:
25
Diepte in cm:
2
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-P039-128 Theca met reliek van de H. Thomas van Aquino
Toelichting:
Bij het reliek is een authenticiteitsbrief, gedateerd 18 februari 1880. Op de achterzijde van de brief staat een notitie, gedateerd 26 april 1880, van de hand van Joannes van Rijckevorsel cssr (1818-1890): "In tesseram amoris et fraternae affectionis Studentatui C.S.S.SR. Wittemiensi". Op de priesteropleiding in Wittem was van oudsher veel aandacht voor het Thomisme. Vgl. Theo de Caluwe cssr, 'Emmaus aan de Geul. Het verhaal van een grootseminarie. Wittem 1836-1968' (Wittem 2007), pp. 62-65.
Datering:
1860-1880
Deelcollectie:
Redemptoristen
Materiaal/techniek:
Koper, glas, geschept papier
Lengte in cm:
4 (reliek)
Breedte in cm:
3 (reliek)
Diepte in cm:
1 (reliek)
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-P039-126 Theca met relieken van de H. Alfonsus, H. Basileus, H. Severus en de Zalige Clemens en Geradus
Toelichting:
Clemens en Gerardus zijn aangeduid als: B. Clemens en B. Geradus, oftewel Beatus (Zalige). Dit duidt erop dat beiden nog niet heilig waren verklaard. Gerardus Majella werd in 1893 zalig en in 1904 heilig verklaard; Clemens Hofbauer werd in 1888 zalig en in 1909 heilig verklaard.
Datering:
1893-1904
Deelcollectie:
Redemptoristen
Materiaal/techniek:
Glas, blik
Hoogte in cm:
1
Diameter in cm:
4
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-P039-125 Theca met relieken van de H. Alfonsus, H. Clemens, H. Gerardus en de Eerbiedwaardige Petrus Donders
Toelichting:
Peerke Donders is aangeduid als: "V. P. Donders", oftewel Vénérable (Eerbiedwaardige) P. Donders. Dit duidt erop dat het proces van zaligverklaring in werking was gezet. Petrus Donders is in 1982 zalig verklaard.
Datering:
1900-1950
Deelcollectie:
Redemptoristen
Materiaal/techniek:
Koper, gouddraad
Hoogte in cm:
1,5
Diameter in cm:
6,5
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z099-011 Theelepeltje
Toelichting:
Lepeltje met het passieteken en tekst "JESU XRI PASSIO".
Deelcollectie:
Passionistinnen
Materiaal/techniek:
Zilver
Lengte in cm:
12
Breedte in cm:
2
Opmerkingen:
Bewaard in lepeldoosje.
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-P017-Ag0474 Theepot
Toelichting:
Ronde voet met profielrand. Ring op overgang naar achtlobbig lichaam. Concaaf gezwenkt bovenvlak en monding met fijn kabelrandje. Tuit met vijf lobben aan de onderzijde. Inschietend, vlak deksel waarop gemonteerd een takje met bloemkelk en drie liggende bladeren. Hoog gebogen oor van zwart gelakt hout met zilveren hoornvormig einde en zilveren dierenkop met geschubd lichaam, rustend met de kop op een voluut met bladmotief, dat aan het lichaam is bevestigd
Datering:
1838
Deelcollectie:
Kruisheren
Vervaardiger:
Theodorus G. Bentvelt
Plaats vervaardiging:
Amsterdam
Materiaal/techniek:
Zilver, hout
Opmerkingen:
Te gebruiken bij het komfoor, vermeld onder inv. nr. Ag/0476
Documentatie:
Literatuur: "Inventarisatie-rapport Klooster St. Agatha", Stichting Kerkelijk Kunstbezit in Nederland (SKKN), 2 delen: tekst en foto's, 1996, inv. nr.474
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-P017-Ag0475 Theezeefje
Toelichting:
Zeefje met buitenwaarts gebogen monding en perforaties in stervorm. Op de rand een gegraveerd fries van bloem- en vruchtmotieven aan bladertakken. Halfrond hengsel bestaande uit twee getwiste draden, met oog waaraan 'splitpen'
Datering:
ca. 1840
Deelcollectie:
Kruisheren
Materiaal/techniek:
Zilver
Hoogte in cm:
1,8
Diameter in cm:
6,8
Documentatie:
Literatuur: "Inventarisatie-rapport Klooster St. Agatha", Stichting Kerkelijk Kunstbezit in Nederland (SKKN), 2 delen: tekst en foto's, 1996, inv. nr.475
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z101-068 Tinnen serviesgoed
Toelichting:
Borden in vijf formaten, twee schaaltjes en twee zoutvaatjes.
Datering:
1800-1900
Deelcollectie:
Redemptoristinnen
Materiaal/techniek:
Tin
Hoogte in cm:
2- 5,5
Diameter in cm:
6-33
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-B021-112 Toebehoren kinderaltaar
Toelichting:
Liturgische kleding en liturgische voorwerpen om 'misje' te spelen. Set liturgische voorwerpen bestaande uit: ciborie, kelk, monstrans, kruisbeeld, wierookscheepje met lepel, wierookvat, ampullenset, drie canonbordjes, missaallezenaar en missaaltje met de titel "Misgebeden naar het Missale Romanum [...]" (omslagtitel: "Officium missae ad usum puerorum") gedrukt bij Linssen & Derkx te Venlo. Daarnaast liturgisch textiel: kazuifel, stola, manipel, koord, kelkvelum en palla.
Datering:
[ca. 1935]
Deelcollectie:
Fraters van Utrecht
Materiaal/techniek:
De voorwerpen zijn vervaardigd van tin met onderdelen in glas, papier en andere metalen; het textiel bestaat uit een katoenachtige rode en gele stof en wit katoen
Lengte in cm:
4-16,5 (tin); 7,5-70 (textiel)
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-P039-049 Togen, pantalons en singels
Toelichting:
Zwarte toog (1) aan de voorzijde van de kraag met twee haakjes en ogen vast te zetten. Aan beide zijden van de toog zit een diepe zak op heuphoogte. Naast de zak zit een opening in de toog die de gebruiker ervan toegang geeft tot zijn broekzak. Aan het einde van de aangezette mouwen zitten drie knopen. De binnenzijde is voorzien van voering tot over het middel. Op de rechterborst twee binnenzakken; een grote en een kleine. Aan de binnenzijde is tevens een lint stof van zak naar zak bevestigd dat diende als ophangmogelijkheid. Aan de boord kan een (wit) boordje bevestigd worden. Alleen priesters droegen een wit boord aan de buitenzijde van de kraag. De grote binnenzak op de borst dient om het kruis dat de redemptoristen om de hals dragen in te steken. De toog wordt in minimaal drie soorten stof vervaardigd: een dikke zwarte stof voor de winter, een dunne zwarte stof voor de zomer en een witte stof voor de missionarissen die werkzaam zijn in missielanden. Om de toog wordt een singel bevestigd waaraan de rozenkrans is geregen. De sluiting van de singel wordt na bevestiging naar de rug geschoven. De rozenkrans wordt met hulp van de medaille die bij het kruis hangt onder het zeggen van begeleidende zinnen om de singel geslagen, bijvoorbeeld: Wie zich verheft, zal vernederd worden. Wie zich vernedert, zal verheven worden. Bij de eerste zin wordt de rozenkrans voor de singel langs opgeheven en achter de singel weer naar beneden getrokken. Bij de tweede zin wordt de rozenkrans weer achter de singels langs opgeheven, over de singel geslagen en vastgemaakt met een haakje. Onder de toog draagt men 'gewone kleding', onder andere een pantalon, met daaronder zwarte schoenen. In een van de pantalons staat de naam A.J.A. Burgers (3). Op het hoofd draagt men soms een grote zwarte hoed of een zwarte bonnet (met drie opstaande ribben). Over de toog draagt men soms een zimarra (ook wel: simarre of samaar), een mantel die alleen door de paters als jas wordt gedragen..
Deelcollectie:
Redemptoristen
Vervaardiger:
Th.J. de Grunt (3)
Plaats vervaardiging:
Malden (3)
Materiaal/techniek:
Wol met katoen (1-4); wol (5,7); katoen (6)
Lengte in cm:
145 (1,2); 100 (3,4); 121 (5); 131 (6)
Documentatie:
Mondelinge toelichting (zie documentatiemap voorwerpen)
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z079-014 Toiletkan
Toelichting:
Kan met oor. Van deze kannen waren er enkele in huis. Op geregelde tijden konden de zusters een kan met warm water krijgen, voor een uitgebreidere wasbeurt. Deze kannen raakten in onbruik na de bouw van de badkamer in 1954.
Datering:
z.j.
Deelcollectie:
Ongeschoeide Karmelietessen
Materiaal/techniek:
Grof aardewerk, bovenkant bruin glazuur, onder grauw
Hoogte in cm:
17
Diameter in cm:
10
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z079-285 Tombola
Toelichting:
Deze plaat met vermelding "pieuse tombola pour le soulagement des âmes du purgatoire" werd gebruikt rond Allerzielen en de hele maand november.
Datering:
1861
Deelcollectie:
Ongeschoeide Karmelietessen
Vervaardiger:
Karmel Aurillac
Materiaal/techniek:
Karton
Breedte in cm:
43
Hoogte in cm:
58
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-P018-002 Toog
Toelichting:
met boordje, sjerp en bonnet.
Datering:
1940-1960
Deelcollectie:
Lazaristen
Materiaal/techniek:
Zwart katoen, kunststof (4)
Lengte in cm:
155 (1); 268 (3)
Breedte in cm:
60 (1); 17 (2); 16 (3)
Hoogte in cm:
17 (2); 3 (4)
Diameter in cm:
13 (4)
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-B021-145 Toog Fraters van Utrecht
Toelichting:
Zwarte toog (1) die aan de voorzijde geheel opengemaakt kan worden middels knopen. Voorzien van twee steekzakken op heuphoogte, een opstaand kraagje aan de hals en grote omslagen aan de mouwen. De binnenzijde is tot de middel gevoerd en voorzien van een binnenzakje op de linkerborst. Over de kraag droegen de fraters een witte boord (2). Als schoeisel droegen de fraters in de beginjaren van de congregatie pantoffels met een leren riempje. Rond 1894 kwam de lage schoen in gebruik, deze moest zo eenvoudig mogelijk zijn en mocht vooral geen 'neus' hebben. Als hoofdbedekking gebruikten de fraters een halfhoge 'kachelpijp'. Rond 1930 kwam de slappe zwarte gleufhoed in gebruik. Vanaf oktober 1954 voldeed ook een zwarte baret, die gemakkelijker in de zak gestoken kon worden. Tot ca. 1950 droegen de fraters onder de toog een pofbroek en een onderhemd van baai. Ook droegen ze een zakhorloge. Begin 1954 werden deze dingen vervangen door een polshorloge, overhemd en lange broek. De cingel moest van dezelfde stof zijn als de toog. De rozenkrans werd in de zak bewaard en niet, zoals bij veel kloostergemeenschappen gewoon was, aan de cingel gedragen. Het kruis dat de fraters aan een zwart koordje om de nek droegen werd óf onder de singel gestoken óf in de binnenzak, in het zogenoemde 'H. Hartkappelletje'. Het kruis van fraters in Nederland was koperkleurig (3), het kruis voor de fraters in de missie zilverkleurig (4). Vanaf ca. 1958 mochten de fraters een zwart pak met wit boordje en een zwart overhemd dragen als ze dat wensten. Aan de vooravond van het vertrek naar de eerste missie van de Fraters te Malang (Indonesië) op 6 februari 1928 gaf aartsbisschop Henricus van de Wetering tijdens zijn bezoek aan dat witte kleding in de missie beter zou zijn. In de missie droegen de Fraters van Utrecht een witte toog (5) en witte cingel.
Achtergronden:
De allereerste Fraters van Utrecht gingen in de leer bij de Fraters van Tilburg. Ook hun kleding was identiek aan die van de Fraters van Tilburg, met het verschil dat de cingel van de Fraters van Utrecht geen afhangende stroken had. Iedere frater had een zondagse toog en een doordeweekse toog. Zonder verlof van de overste mocht de zondagse toog niet doordeweeks gedragen worden. De togen werden niet gewassen. Tot oktober 1954 was de regel dat de fraters buitenshuis een hoed droegen als er in die plaats een vestiging van de fraters was. Waren de fraters buiten de gemeentegrens mocht de hoed af. Novicen droegen tot ca. 1940 dezelfde kleding als een geprofeste frater, met het verschil dat zij geen kruis hadden. Postulanten droegen tot de dag van hun inkleding hun eigen (burger)kleding.
Deelcollectie:
Fraters van Utrecht
Vervaardiger:
Gebr. Uppenkamp (2)
Plaats vervaardiging:
Tilburg (2)
Materiaal/techniek:
Zwarte stof van wolmix met voering van gladde grijze stof en knoopjes van kunststof (1); wit kunststof met metalen haakje (2); koperkleurig metaal ingelegd met donkergekleurd hout en koperkleurig metalen corpus (3); zilverkleuring metaal ingelegd met donkergekleurd hout en zilverkleurig metalen corpus (4); wit katoen en met wit katoen overtrokken metalen knoopjes (5)
Lengte in cm:
ca. 163 (1); 13 (3-4); ca. 140 (5)
Breedte in cm:
7 (3-4)
Hoogte in cm:
3,5 (2)
Diameter in cm:
15 (2)
Documentatie:
"100 jarig bestaan van de Fraters van Utrecht, 1873-1973" (Utrecht, 1973), p. 27, 148, 160 en 315; Verslag van een bezoek aan de Fraters van Utrecht op 3 december 2021 door medewerkers van het ENK (documentatiemap voorwerpen)
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden