Zoeken in collecties

Voorwerpencollectie

Als u op een afbeelding klikt, vind u meer informatie over het voorwerp. U kunt zoeken door: 

 

  • Het intypen van een woord in het zoekveld. U vindt dan resultaten als het woord letterlijk in de catalogus voorkomt.
  • Met behulp van de selectiefilters die onder het zoekveld staan (kloosterorganisatie, trefwoord).

 

 
 

Handig om te weten: als u beschrijvingen wilt zien in plaats van afbeeldingen, klik dan bij 'weergave' op: Tabelweergave. 

 

beacon
342  voorwerpen
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-P017-Ag1556 Drie sjerpen en twee stoffen ceintuurs van een kruisherenhabijt
Toelichting:
De stoffen ceintuurs werden door broeders gedragen om hun toog
Datering:
ca 1950
Deelcollectie:
Kruisheren
Materiaal/techniek:
Gabardine
Lengte in cm:
Ca. 120
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z143-006 Embleem van de congregatie van de Zusters van de Heilige Harten zoals dat op het habijt werd gedragen
Datering:
1950-1970
Deelcollectie:
Zusters van de HH. Harten
Materiaal/techniek:
Borduurwerk, goudgaren
Lengte in cm:
10
Breedte in cm:
11
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-P024-005 Fez
Toelichting:
De fez, of chéchia, was in het Ottomaanse Rijk een verplicht hoofddeksel voor de mannen. De fez werd ook chechia genoemd. De Witte Paters wilden in hun kleding overeenkomst vertonen met de locale bevolking en droegen daarom dit hoofddeksel als deel van hun habijt.
Deelcollectie:
Missionarissen van Afrika
Materiaal/techniek:
Rood geverfde wol
Lengte in cm:
22-29
Trefwoorden:
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z148-003 Foto van drie poppen met de kleding van de zusters
Toelichting:
De eerste pop draagt kleding zoals door de zusters gedragen van de oprichting van de congregatie in 1807 tot 1960. De kleding leek in oorsprong op de zwart wollen kleding van de arme vissersvrouwen in Normandië, de regio waar de stichteres, Marie Madeleine Postel, vandaan kwam. Later is de kleding in Nederland verfijnd. De kleding bestond uit een rok met veertien plooien, corsage (strak lijfje), pelerine, ondermouwtjes en wijde mouwen. De sluitingen bestonden uit veiligheidsspelden. De kap was van gesteven linnen. Het rauwe stijfsel moest in de stof gewreven worden, daarna werd de kap 'gesteld', in vorm gestreken. Buiten het klooster werd een wijde lange omslagdoek als mantel gebruikt. De tweede pop draagt kleding zoals door de zusters gedragen in de periode 1960-1966. De kap met vleugels is vervangen door een gebogen strook plastic. De rechthoekige linnen guimpe (of collaar) werd vervangen door een smallere plastic kraag. De derde pop draagt kleding zoals door de zusters gedragen van 1966 tot 1970. De kleding is van terlenka en de kap is vereenvoudigd tot een smalle witte band met een sluier.
Deelcollectie:
Zusters van Julie Postel
Materiaal/techniek:
Kleurendruk op fotopapier, fotopapier op groen karton. Alles in wissellijst
Lengte in cm:
40
Breedte in cm:
30
Organisatietrefwoorden:
Bestanden Bestanden