Zoeken in collecties

Uw zoekacties: Voorwerpencollectie

Voorwerpencollectie

Als u op een afbeelding klikt, vind u meer informatie over het voorwerp. U kunt zoeken door: 

 

  • Het intypen van een woord in het zoekveld. U vindt dan resultaten als het woord letterlijk in de catalogus voorkomt.
  • Met behulp van de selectiefilters die onder het zoekveld staan (kloosterorganisatie, trefwoord).

 

 
 

Handig om te weten: als u beschrijvingen wilt zien in plaats van afbeeldingen, klik dan bij 'weergave' op: Tabelweergave. 

 

beacon
80  zoekresultaten
gesorteerd op:
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-065 Kransje van O.L. Vrouw van Troost
Toelichting:
Ook wel Kransje van de H. Riem genoemd. Open gebedssnoer met 13 kralen. Het snoer begint met een ring en eindigt met een medaille van "Maria Trost" en op de keerzijde de H. Augustinus. De ring kan gedragen worden aan een van de vingers of aan een leren gordelriem. De eerste twaalf kralen eren de twaalf apostelen, aan wie de Twaalf Artikelen van het geloof werden toegeschreven. Bij elke kraal wordt een Onze Vader en een Weesgegroet gebeden en een van de twaalf geloofswaarheden overdacht. De dertiende kraal eert Onze Heer Jezus Christus, de koning van de apostelen. Bijgevoegd is een devotiemedaille van "Maria Troost" zonder snoer.
Datering:
1950-1970
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Hout, blik, ijzer
Lengte in cm:
24
Diameter in cm:
2
Documentatie:
W.H.Th. Knippenberg, 'Devotionalia. Religieuze voorwerpen uit het katholieke leven', dl. 2 (Eindhoven, [1985]), p. 117; 'De Derde Orde van Sint Augustinus' [1946], pp. 176-189, 208-210
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-009 Kousen
Toelichting:
Gedragen onder het habijt.
Datering:
1876-1968
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Zwarte stof
Lengte in cm:
71-74
Opmerkingen:
Voor meer informatie over de kleding van 1842 tot 1956 zie archief van de zusters onder inventarisnummer 8026.
Documentatie:
Kopieën van verschillende lijstjes met kledingstukken en andere benodigdheden die door de kandidaat-zusters meegenomen moesten worden naar het klooster en aanwijzingen voor het wasgebruik. Aanwezig in documentatiemap
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-001 Kerstgroep
Toelichting:
De kerstgroep bestaat uit negen beelden: Maria met kindje Jezus, Jozef, twee herders, drie koningen, een begeleider van de drie koningen met olielampje en een engel. Jozef is in tegenstelling met andere kerstgroepen bij zuster Marie José van der Lee een jonge man. De kerstgroep is in 1957 door de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid aangeschaft voor hun klooster in Steyl. In de 'Kroniek van klooster Steyl' is te lezen d.d. 24 december 1957: "Dit jaar was op onze kapel de oude Kerstgroep vervangen door een nieuwe. De beelden zijn van keramiek en vervaardigd door een zuster van de Augustinessen v.d. H. Monica uit Hilversum. Iedereen verwondert zich dat met een dergelijk materiaal zulk een mooie uitdrukking in gezicht en houding kan bereikt worden" (vgl. AR-Z110, inv.nr. 4142).
Datering:
1957
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Vervaardiger:
Zuster Marie José van der Lee (1912-2012) osa
Plaats vervaardiging:
Hilversum
Materiaal/techniek:
Keramiek
Breedte in cm:
20-30 (beelden); 35 (Maria); 15 (engel)
Hoogte in cm:
45-70 (beelden); 43 (Maria); 26 (engel)
Documentatie:
'Zuster Marie José van der Lee. Wat beelden verwoorden' (Hilversum 2012)
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-022 Kap met sluier
Toelichting:
Rond Pasen 1968 werd de kloosterkleding van de zusters nogmaals aangepast. Bij de werkzaamheden buiten het klooster was de traditionele kleding daarbij wel eens hinderlijk: bijvoorbeeld zusters met grote kappen en wijde kleren op de fiets. Er werd gezocht naar een betere aanpassing. De kleren werden korter, de kap werd alleen een sluier. Ten slotte paste men de kleding volledig aan in het besef dat religiositeit niet bestaat in het uiterlijk, maar van binnenuit beleefd wordt. Vanaf 1976 was het kloosterkleed niet meer verplicht. De kap bestaat uit een metalen bandje dat in de sluier kan worden geschoven. De sluier is aan de binnenzijde bovenaan voorzien van een extra lapje stof ter bescherming van de sluier tegen de haren van de zuster
.
Datering:
Na 1970
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Zwart katoen met stukje zwart elastiek en twee metalen drukknopjes, gesteven wit katoen verstevigd met een metalen bandje
Lengte in cm:
69
Breedte in cm:
74
Opmerkingen:
Voor meer informatie over de kleding van 1842 tot 1956 zie archief van de zusters onder inventarisnummer 8026.
Documentatie:
Kopieën van verschillende lijstjes met kledingstukken en andere benodigdheden die door de kandidaat-zusters meegenomen moesten worden naar het klooster en aanwijzingen voor het wasgebruik. Aanwezig in documentatiemap
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-016 Kap met sluier
Toelichting:
Over de hoofdband wordt een gesteven strook stof bevestigd met behulp van spelden. Aan de buitenzijde van deze strook wordt de zwarte sluier bevestigd, met behulp van spelden en haakjes. De kap verschilt met de kap die vóór 1956 gedragen wordt in lengte van de sluier en breedte van de hoofdband.
Datering:
1956-1967
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Wit gestreven katoen, zwarte wol, wit elastiek met plastic knopen, metalen spelden
Lengte in cm:
27 (1); 57 (2); 108 (3)
Breedte in cm:
15 (1); 2-7 (2); 68 (3)
Opmerkingen:
Voor meer informatie over de kleding van 1842 tot 1956 zie archief van de zusters onder inventarisnummer 8026.
Documentatie:
Kopieën van verschillende lijstjes met kledingstukken en andere benodigdheden die door de kandidaat-zusters meegenomen moesten worden naar het klooster en aanwijzingen voor het wasgebruik. Aanwezig in documentatiemap
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-007 Kap met sluier
Toelichting:
Onder de kap droegen de zusters een mutsje ter bescherming tegen de kou en ter bescherming van de sluier tegen huidvet. Tot 1956 was het normaal de haren af te scheren. Ter bevestiging van de kap op het hoofd werd bovenop het mutsje allereerst de collaar, een strook witte (gesteven) stof die op de borst neerhangt, bevestigd. De smalle stroken van de collaar worden bovenop het hoofd aan elkaar vastgespeld en de brede stroken op de achterzijde van het hoofd. Vervolgens wordt de, uit twee stroken gesteven stof bestaande, hoofdband in vorm gebracht door twee spelden en met behulp van een apart te bevestigen elastiek op het hoofd vastgezet. Volgens de statuten van de congregatie uit 1925 doet het bandje denken aan "de kroon die de Heiland zijn trouwen bruid heeft bereid". Als laatste volgt de 'streep' met riet. De 'streep' is een witte gesteven net niet dubbelgevouwen strook stof met aan de dubbelgevouwen lange zijde een afgestikte tunnel waardoor een rietje kon worden geschoven. Deze rietjes van rotan werden op lengte aangeleverd en moesten door de zusters zelf in model worden gebracht. Dit gebeurde door het rotan vochtig te maken, in model te brengen en vervolgens op die wijze te laten drogen. Aan de buitenzijde van de 'streep' wordt de zwarte sluier bevestigd, met behulp van spelden met een zwarte kop. De 'streep' met sluier wordt met behulp van twee aan de binnenzijde van de 'streep' gestoken spelden aan de haakjes die op het collaar zitten bevestigd. De 'streep' wordt aan de bovenzijde nog een keer vastgespeld aan de hoofdband. De constituties duiden de sluier als teken van bescheidenheid en symbool van de geestelijke verloving met Christus. .
Datering:
1876-1956
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Wit gebreid stoffen mutsje (1), wit gesteven katoen (2, 3, 4), rotan (4), zwarte stofmix (5)
Lengte in cm:
24 (1); 51 (2); 30 (3); 79,5 (4); 118,5 (5)
Breedte in cm:
42 (2); 15,5 (3); 14 (4); 118,5 (5)
Opmerkingen:
Extra riet (bijna doormidden) aanwezig; spelden in hoofdband en 'streep' aanwezig. Voor meer informatie over de kleding van 1842 tot 1956 zie archief van de zusters onder inventarisnummer 8026.
Documentatie:
Kopieën van verschillende lijstjes met kledingstukken en andere benodigdheden die door de kandidaat-zusters meegenomen moesten worden naar het klooster en aanwijzingen voor het wasgebruik. Aanwezig in documentatiemap
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-005 Hutkoffer
Toelichting:
Grote hutkoffer voorzien van decoratief snijwerk. Met o.a. op de deksel het monogram "IHS" en de naam "Maria Francisca Pothof". Aan de voorzijde van de koffer, boven het slot, is de tekst "Anno 1815" aangebracht. Aan de binnenzijde is rechts aan de bovenrand van de korte kant een langwerpig kistje met scharnierende deksel getimmerd. Zeer waarschijnlijk om kleine voorwerpen in op te bergen. Bij intrede in de congregatie moest de postulante een uitzet meenemen. Deze koffer komt uit de familie van zuster Pothof en is bij haar intrede door haar familie meegegeven, zeer waarschijnlijk als huwelijkscadeau. De hutkoffer is nadien gebruikt voor algemene opslag van dekens en kussens.
Datering:
1815
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Eikenhout met smeedijzeren handgrepen aan beide korte zijden, smeedijzeren scharnieren en banden aan de binnenzijde van de deksel en een ijzeren slot
Lengte in cm:
127
Breedte in cm:
66
Hoogte in cm:
78
Opmerkingen:
Hutkoffer vertoont gelijkenissen met de andere hutkoffer uit de collectie van de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid: VW-Z140-004. Dergelijke kisten of hutkoffers zijn bij veel vrouwelijke kloostergemeenschap te vinden, zo ook bij de Franciscanessen van 'Alles voor Allen'.
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-004 Hutkoffer
Toelichting:
Grote hutkoffer op voetjes en voorzien van decoratief snijwerk aan alle zijden en aan de lange zijden van de deksel. Aan de binnenzijde is links aan de bovenrand van de korte kant een langwerpig kistje met scharnierende deksel getimmerd. Zeer waarschijnlijk om kleine voorwerpen in op te bergen. Bij intrede in de congregatie moest de postulante een uitzet meenemen.
Datering:
1800-1850
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Eikenhout met smeedijzeren handgrepen aan beide korte zijden, smeedijzeren scharnieren en banden aan de binnenzijde van de deksel en een ijzeren slot
Lengte in cm:
123
Breedte in cm:
52
Hoogte in cm:
65
Opmerkingen:
Hutkoffer vertoont gelijkenissen met de andere hutkoffer uit de collectie van de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid: VW-Z140-005.
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-027 Hamertje met opschrift 'Gloria patri'
Toelichting:
Het hamertje werd in de refter van de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid gebruikt om stilte te vragen voor gebed of aandacht voor mededelingen.
Datering:
1925-1950
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Gepolitoerd hout
Lengte in cm:
14
Breedte in cm:
7
Hoogte in cm:
3
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-015 Habijt
Toelichting:
In 1956 werd het eerste habijt van de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid te Tegelen vervangen door een nieuw habijt. Op het habijt ter hoogte van de taille bevestigde men een gordel. In de binnenzijde van de gordel zijn twee haken genaaid om de rozenkrans aan op te hangen. Aan de voorzijde van het habijt is achter een plooi een opening weggewerkt. De opening diende om bij de zak te kunnen komen die onder het habijt gedragen werd en waarin de zuster allerlei voorwerpen diende op te bergen. Op het habijt werd de vanaf 1956 nog een grote pelerine met gummikraag gedragen. Deze werd na twee jaar vervangen door een kortere pelerine met ingenaaid wit kraagje van katoen. De pelerine sleet minder snel met een katoenen kraagje. Enkele jaren daarna werd de pelerine vervangen door een ingenaaid wit kraagje op het habijt zelf. Het kraagje werd in beide gevallen met grove steken vastgezet waardoor het gemakkelijk verwijderd kon worden om te wassen. Zusters in de verpleging en in de keuken droegen een wit exemplaar van het habijt. In de winter werd het witte habijt in de keuken vervangen door een zwarte.
Datering:
1956-1967
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Wit katoen en zwarte wol voorzien van metalen knoopjes en haakjes; wit plastic voorzien van metalen onderdelen
Lengte in cm:
123 (1); 32 (2); 17 (3); 93 (5); 145 (6)
Breedte in cm:
37-44 (1); 3,5 (5); 40-45 (6)
Diameter in cm:
13-18 (4)
Opmerkingen:
Het aanwezige exemplaar betreft niet een origineel habijt, maar een naar het origineel vervaardigd exemplaar. De gummiekraag is niet aanwezig. Voor meer informatie over de kleding van 1842 tot 1956 zie archief van de zusters onder inventarisnummer 8026.
Documentatie:
Kopieën van verschillende lijstjes met kledingstukken en andere benodigdheden die door de kandidaat-zusters meegenomen moesten worden naar het klooster en aanwijzingen voor het wasgebruik. Aanwezig in documentatiemap
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-006 Habijt
Toelichting:
Lang habijt met geplooide rok (8 plooien aan de voorzijde en 9 aan de achterzijde) en borstpand met 12 plooien. Op de schouders knopen voor de bevestiging van werkmouwen. De los in te zetten binnenmouwen zijn van katoen. In het lijfje van het habijt zat een voering van katoen (ontbreekt) dat net als de mouwen eruit gehaald kon worden om te wassen. Het habijt zelf werd niet zo vaak gewassen. Om het habijt tegen vocht, huidvet en wrijving te beschermen gebruikte men een halsdoekje: een kraagje met daaraan een strook stof die onder de hals van het habijt geplaatst werd. Op het habijt ter hoogte van de taille bevestigde men een gordel met aan de voorzijde twee neerhangende brede stroken. In de binnenzijde van de gordel zijn twee haken genaaid om de rozenkrans aan op te hangen. Aan de voorzijde van het habijt is achter een plooi een opening weggewerkt. De opening diende om bij de zak te kunnen komen die onder het habijt gedragen werd en waarin de zuster allerlei voorwerpen kon opbergen. Het witte habijt werd gebruikt in de wijkverpleging en de keuken. Zusters dienden onder het witte habijt een eigen onderjurk te dragen die ze van thuis uit mee hadden genomen. Bij de inkleding als novice kreeg een zuster een eigen set kleding: een habijt voor de zondag en twee habijten voor de weekdagen. Het habijt werd zoveel mogelijk uit rechte stukken stof gemaakt, zoals voor de rok van het habijt, het voorstuk, de mouwen en de sluier. Als er slijtage ontstond op bijvoorbeeld het uiteinde van de mouwen werden de mouwen uitgenomen, omgedraaid en weer ingezet. Een habijt kon zo 10 tot 15 jaar mee. De statuten van de congregatie uit 1925 zeggen over het habijt: "Het religieuze kleed is een teken van geestelijke stand, een kleed van nederigheid en boete. Het is van zwarte kleur zo mogelijk uit cheviot vervaardigd. De rok mag niet te kort zijn, maar ook de grond niet raken." En over de gordel: "De gordel vermaant tot versterving en is een teken van maagdelijke reinheid.".
Achtergronden:
Na het postulaat, dat één jaar duurt, worden de tijdelijke geloften afgelegd en wordt men voor twee jaar novice. Als postulant krijgen de kandidaat-zusters een postulantenjurk, novicen dragen het habijt van de congregatie met daarop een witte sluier in plaats van een zwarte, zoals de geprofeste zusters dragen. Na aanmelding bij de congregatie krijgt de kandidaat-zuster een nummer toegekend dat in al haar kleding moet komen te staan. Novicen kregen een tijdelijk nummer met daarvoor een 'N'.
Datering:
1876-1956
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Wol, ijzeren en plastic (druk)knoopjes en bevestigingshaakjes
Lengte in cm:
136 (1); 43 (2); 93 (3); 119 (4)
Breedte in cm:
45-55 (1); 12 (2); 44-55 (4)
Opmerkingen:
Voor meer informatie over de kleding van 1842 tot 1956 zie archief van de zusters onder inventarisnummer 8026.
Documentatie:
Kopieën van verschillende lijstjes met kledingstukken en andere benodigdheden die door de kandidaat-zusters meegenomen moesten worden naar het klooster en aanwijzingen voor het wasgebruik. Aanwezig in documentatiemap
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-041 Gouden kroontje
Toelichting:
Werd door de zusters gedragen bij hun gouden professiefeest.
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Metaal van goudkleurig draad en goudkleurige florale motieven en krullen voorzien
Hoogte in cm:
4-6
Diameter in cm:
11-14
Trefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-050 Ets met voorstelling van de Sint Petrus' Bandenkerk in Venray
Toelichting:
De ets werd door het gemeentebestuur van Venray aan de zusters geschonken bij het verlaten van het Sint Josephklooster en daarmee hun vertrek uit Venray in december 1990. Op 2 december 1990 vond de afscheidsbijeenkomst plaats in de Sint Petrus' Bandenkerk .
Achtergronden:
In het archief is de oorkonde bewaard van de overdracht van de ets op 2 december 1990 (AR-Z140-4746).
Datering:
1990
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Vervaardiger:
Anna Doedijns (1942-)
Materiaal/techniek:
Lijnets
Lengte in cm:
41
Breedte in cm:
35
Trefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-054 Doek met afbeelding van de kaart van Nederland met de handtekeningen van alle Nederlandse zusters
Toelichting:
Het doek is gemaakt ter gelegenheid van het generaal kapittel van de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Tegelen), gehouden in Curitiba (Brazilië) van 7 tot en met 27 maart 1999.
Datering:
1999
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Batik, katoen
Hoogte in cm:
140
Diepte in cm:
114
Trefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-055 Doek gemaakt bij gelegenheid van het provinciaal kapittel van de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Tegelen)
Toelichting:
In het kapittelboekje 'Zie, ik maak alles nieuw' (AR-Z140-3173) wordt over de voorstelling op het kleed geschreven dat de kunstenares M. Croonen tot uitdrukking wil brengen "hoe we tot op hoge leeftijd gemeenschap kunnen beleven. We kunnen elkaar ondersteunen en het opnemen voor anderen. Belangrijk vinden we ook het gebed en het openstaan voor het wereldgebeuren".
Datering:
1999
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Vervaardiger:
M. Croonen
Materiaal/techniek:
Batik, katoen
Hoogte in cm:
150
Diepte in cm:
112
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-034 Diploma van de 'Congregatie van Maria'
Toelichting:
Het diploma werd gegeven aan nieuwe leden van de Mariacongregatie (oftewel 'Congregatie van Maria onder den titel van Onbevlekte Ontvangenis') van het Pensionaat St. Joseph te Steyl van de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Tegelen). Dit diploma behoorde toe aan Anna Jongen, de latere zuster Sabine Jongen (1914-2007).
Datering:
1931
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Vervaardiger:
Uitgeverij Eduard van Wees, Breda
Materiaal/techniek:
Ingelijst drukwerk
Lengte in cm:
40
Breedte in cm:
27
Diepte in cm:
1,5
Trefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-042 Decoratie met goudkleurige cijfers
Toelichting:
Gebruikt als versiering van de feestzaal bij jubileumfeesten van de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Tegelen): 60 jaar (2x), 80 jaar, 85 jaar en 90 jaar (2x).
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Gestanst karton omhuld met goudkleurig folie
Lengte in cm:
12
Breedte in cm:
8
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-028 Dagorde
Toelichting:
Overzicht van dagorde en regels voor de leerlingen van de Kweekschool Maria Regina van de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid in Blerick.
Datering:
ca. 1960
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Papier, glas, hout
Lengte in cm:
24
Breedte in cm:
16
Diepte in cm:
1
Trefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-026 Celplaten met religieuze voorstellingen en teksten
Toelichting:
'Schilderijtjes' die de zusters van de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid bij hun intrede meebrachten om in hun cel op te hangen. Er mocht geen glas, wel mica, worden gebruikt opdat de zusters het glas niet als spiegel zouden gebruiken. Een van de platen is een portret van Eduard Michelis, de stichter van de congregatie. Op een van de schilderijtjes (3) staat op de achterzijde: "Gemaakt voor zuster Jeannette, Semarang 1946".
Datering:
1940-1960
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Papier, glas
Lengte in cm:
15-24
Breedte in cm:
10-18
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-058 Camilluskruisjes
Toelichting:
Camilluskruisje van rood vilt (1), ingevouwen in een papier waarop het gebed tot de H. Camillus is afgedrukt. Een tweede kruisje (2) is ingenaaid in stof om op het lichaam te kunnen dragen. Het Camilluskruisje moest zorgen voor gezondheid van lichaam en bescherming van de ziel. Het kruisje werd vaak in kleding genaaid. Ook werd het in bed onder het hoofdkussen gelegd.
Achtergronden:
De H. Camillus, Camillus de Lellis (1550-1614), is een Italiaanse heilige. Hij stichtte in 1582 de 'Gemeenschap van de Dienaren der Zieken', later Camillianen genoemd. Hij is patroon van de ziekenverzorgers, zieken, stervenden en van ziekenhuizen.
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Vilt, papier, katoen
Lengte in cm:
4 (1); 8 (2)
Breedte in cm:
1,5 (1); 6 (2)
Trefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-029 Bursa
Toelichting:
De bursa is ontworpen en geborduurd door zuster Adeltraud Sievers (1896-1975) en gebruikt in de kersttijd in de kapel van het klooster van de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid in Venray. Op de bursa is de kerststal afgebeeld met de tekst "Et Verbum caro factum est et habitavit in nobis".
Datering:
1940-1960
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Vervaardiger:
Zuster Adeltraud Sievers
Materiaal/techniek:
Karton, borduurwerk
Lengte in cm:
22
Breedte in cm:
22
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-072 Boxmeerse bok
Toelichting:
Gemeentelijke onderscheiding van de gemeente Boxmeer in de vorm van een beeldje van een bok op een sokkel. De onderscheiding kan worden toegekend aan een ingezetene van Nederland "vanwege belangrijke en opvallende individuele verdiensten of prestaties op het gebied van onder andere: - sport en cultuur; - welzijn; - politiek; - bestuurlijk; - inzet voor de Boxmeerse gemeenschap; - ondernemerschap; - economie en werkgelegenheid' (Verordening gemeentelijke onderscheidingen Gemeente Boxmeer 2017). Dit beeldje werd op 4 november 1996 uitgereikt aan zuster Johannelda Sampers t.g.v. haar 100e verjaardag.
Datering:
ca. 1996
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Gietijzer op granieten voet, koperkleurig plaatje
Breedte in cm:
13
Hoogte in cm:
17
Diepte in cm:
4,5
Trefwoorden:
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-043 Boterdoosje
Toelichting:
Iedere zuster had een eigen doosje voor boter. Het doosje werd wekelijks gevuld en bewaard in het eigen refterlaadje. De zusters moesten hier de hele week mee doen.
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Rond doosje met schroefdeksel van wit plastic
Hoogte in cm:
4,5
Diameter in cm:
9
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-025 Boekenkast
Toelichting:
Afkomstig uit het klooster te Maasbree of Tegelen.
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Hout, glas
Breedte in cm:
288
Hoogte in cm:
245
Diepte in cm:
44
Bestanden Bestanden
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Voorwerp
VW-Z140-039 Bloemenkroontje
Toelichting:
Werd tijdens de inkleding, de eerste en de eeuwige geloften gedragen. Postulanten droegen tijdens de inkleding tevens een witte tule sluier onder het kroontje.
Deelcollectie:
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (Steyl)
Materiaal/techniek:
Koperdraad, groene en witte stof
Hoogte in cm:
1
Diameter in cm:
17
Trefwoorden:
Bestanden Bestanden