Zoeken in collecties

Uw zoekacties: zzOUD Databestand kloosters in Nederland
beacon
127  beschrijvingen
gesorteerd op:
 
 
 
 
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: Rotterdam, Oude Binnenweg 132
Datering:
1892 - 1953
Orde of congregatie:
Broeders van Amsterdam
Naam van het klooster:
Sint Laurentiusgesticht (1892-1948); Huize Laurentius (1948-1953)
Patroonheilige:
Sint Laurentius
Straat:
Oude Binnenweg 132
Postcode:
3012 JH
Plaatsnaam:
Rotterdam
Provincie:
Zuid-Holland
Bisdom:
Rotterdam
Stichting/eerste vermelding:
1892
Opheffing/laatste vermelding:
1953
Activiteiten:
Opvoedingsgesticht; in het kader van de kinderbescherming huisvesting en begeleiding werkende en studerende jongens.
Geschiedenis:
Voor het in 1865 door de Sint Vincentiusvereniging Nederland opgerichte Sint Laurentiusgesticht kwam in 1875 de nieuwbouw aan de Oude Binnenweg in Rotterdam gereed. De verzorging van in dit opvoedingsgesticht geplaatste jongens vond aanvankelijk plaats door een “vader en een moeder”. De laatste twee waren vader en moeder Opdenkamp die met het oog op hun leeftijd in 1891 besloten deze functie neer te leggen. Het bestuur van de Sint Vincentiusvereniging kwam toen tot het besluit de opvoeding en verzorging van onderhavige jongens aan de Congregatie van de Broeders van Amsterdam op te dragen, hetgeen in 1892 zijn beslag kreeg. Begin 1905 werd overgegaan tot uitbreiding van het gebouw aan de Oude Binnenweg, terwijl het tien jaar later van een nieuwe vleugel voorzien werd. Door het bombardement van 14 mei 1940 op Rotterdam dreigde het gebouw in te storten. De broeders en schooljongens werden toen ondergebracht in het voormalig Rooms Katholieke Weeshuis aan de Doddendaal in Nijmegen. Ze keerden terug toen de Amerikanen bij vergissing op 2 februari 1944 Nijmegen bombardeerden, waarbij het Kleine Jongenshuis dat deel uitmaakte van voormeld voormalig weeshuis door een voltreffer onherstelbaar werd beschadigd. Het Sint Laurentiusgesticht ging vanaf 1948 Huize Laurentius heten. In de loop der jaren had het zich van opvoedingsgesticht ontwikkeld tot een instelling, die in het kader van de kinderbescherming huisvesting verschafte en begeleiding verleende aan werkende en studerende jongens. In 1953 werd het huis aan de Oude Binnenweg door de gemeente Rotterdam onteigend. De broeders verhuisden toen naar het pand Mathenesserlaan 340, waar de congregatie een school voor individueel lager onderwijs begon.
Gebruikte literatuur:
Bijdrage kloosterarchivaris n.a.v. inventarisatie medio juli 2008; E. Boerrigter, “In smarten geboren… Geschiedenis van een Broederscongregatie” (Amsterdam 1985), p.156/157/158/259/273/283/293; J. Derks, A.Th. Mertens en T. Rammelt, “Eeuwige jeugd. Een feestelijke uitgave over jongens , mannen en mannenbroeders bij het eerste eeuwfeest der Congregatie van de Broeders van Onze Lieve Vrouw van Zeven Smarten” (Amsterdam 1951), p.46; Pater Hyacinth Hermans, ‘Het 75-jarig bestaan van het St. Laurentius Jongensgesticht te Rotterdam’ in “Nieuwe Schiedamsche Courant” van 23 februari 1940
ENK Monasticon nummer:
MON-B002-023
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: Rotterdam, Mathenesserlaan 340
Datering:
1952 - 1957
Orde of congregatie:
Broeders van Amsterdam
Straat:
Mathenesserlaan 340
Postcode:
3021 HZ
Plaatsnaam:
Rotterdam
Provincie:
Zuid-Holland
Bisdom:
Rotterdam
Historie adressering:
Oude Binnenweg 132
Stichting/eerste vermelding:
1952
Opheffing/laatste vermelding:
1957
Activiteiten:
R.K. Individueel lager onderwijs
Geschiedenis:
Wegens onteigening van het pand aan de Oude Binnenweg in Rotterdam moest de Congregatie van de Broeders van Amsterdam overgaan tot sluiting van de in dit pand gevestigde instelling die Huize Laurentius heette en die in het kader van de kinderbescherming huisvesting verschafte en begeleiding verleende aan werkende en studerende jongens. De broeders, die aan deze instelling verbonden waren, verhuisden toen naar het pand Mathenesserlaan 340, waar de congregatie een school voor individueel lager onderwijs begon. In 1957 stootte de congregatie deze school af. De broeders werden toen in communiteiten elders ondergebracht
Gebruikte literatuur:
Bijdrage kloosterarchivaris n.a.v. inventarisatie medio juli 2008; E. Boerrigter, “In smarten geboren… Geschiedenis van een Broederscongregatie” (Amsterdam 1985), p.293/297/298
ENK Monasticon nummer:
MON-B002-022
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: Rotterdam
Datering:
1379 - 1572
Orde of congregatie:
Begijnen
Naam van het klooster:
Begijnhof Het Paradijs
Plaatsnaam:
Rotterdam
Provincie:
Zuid-Holland
Parochie:
Rotterdam
Destijds gewest:
Holland
Bisdom:
Utrecht
Stichting/eerste vermelding:
1379
Opheffing/laatste vermelding:
1572
Type:
Hofjes en stiften, v
Geschiedenis:
In Rotterdam werd kort voor 1379 aan de toenmalige Wijde Broedersteeg niet ver van de Sint-Laurenskerk een begijnhof gesticht dat “Het Paradijs” genoemd werd. Toen in voornoemd jaar hertog Albrecht dit begijnhof in zijn bescherming nam, was het nog in aanbouw. Het jaar daarop stelde het stadsbestuur de statuten vast voor het begijnhof, waar slechts een beperkt aantal begijnen zal hebben gewoond. Midden op het begijnhof stond een al in 1437 vermelde kapel met begraafplaats. Ook beschikte het begijnhof over een eigen bakkerij. De leiding van het begijnhof berustte bij één meesterse. In financiële aangelegenheden stonden hofmeesters als voogden de begijnen in rechte bij. Hoewel de begijnen zich tot het begijnhof als leefgemeenschap verbonden hadden, bleef hen als enkeling een grote mate van vrijheid en welstand. Zo berustte het eigendom van een huis op het begijnhof steeds bij de bewoonster(s) van dat huis. Wel dienden zowel de gelofte van gehoorzaamheid als de gelofte van kuisheid te worden afgelegd. Deze geloften golden evenwel slechts voor de duur dat van de gemeenschap deel uitgemaakt werd. Bij vertrek uit het begijnhof moest het eigendom van het huis, dat dan verlaten werd, aan de gemeenschap worden overgedragen. Vanaf 1556 werd in het begijnhof onderdak geboden aan twaalf Rotterdamse karmelitessen, die al in 1550 na sterk aandringen van het stadsbestuur uiteindelijk tot het besluit waren gekomen hun klooster, dat gelegen was aan de tegenwoordige Goudsewagenstraat, te verlaten, zodat de stad er vrijelijk over kon beschikken. Over de sociale achtergrond van de begijnengemeenschap als geheel kan geen uitspraak worden gedaan, omdat daarvoor te weinig gegevens beschikbaar zijn. Wel is het zeker dat er enige Rotterdamse regentenfamilies in het begijnhof vertegenwoordigd waren
Gebruikte literatuur:
H. ten Boom, “De reformatie in Rotterdam 1530-1585” (Amsterdam 1987). zie ook: http://rjb.x-cago.com/GARJB/1986/12/19861231/GARJB-19861231-0208/story.pdf (04-04-2018), p. 210/219/220/221;
ENK Monasticon nummer:
ME-Z010-054
VU Kloosterlijst nummer:
R31
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: Rotterdam, Henegouwerlaan 89
Datering:
1927 - na 1970 en voor 2008
Orde of congregatie:
Augustinessen van Heemstede
Naam van het klooster:
St.Jozef
Straat:
Henegouwerlaan 89
Postcode:
3021 CV
Plaatsnaam:
Rotterdam
Provincie:
Zuid-Holland
Stichting/eerste vermelding:
1927
Opheffing/laatste vermelding:
na 1970 en voor 2008
Activiteiten:
Wijkverpleging; pension
Geschiedenis:
Gestart vanuit het Sint Franciscus Gasthuis, waar vanaf 1896 -officieel vanaf 1903 - de wijkverpleging in Rotterdam werd verzorgd
Gebruikte literatuur:
PA 1959, 1970, 2008
ENK Monasticon nummer:
MON-Z005-019
Toon op kaart Toon op kaart