Zoeken in collecties

Eenvoudige lepel met generfde steel

Eenvoudige lepel met generfde steel. Op de achterkant van de steel de gegraveerde initialen "A. P. H." [betrekking hebbend op A.P. Hendriks?, zie inv. nr. Ag/0473]

Eenvoudige lepel met aangezette, zich verbredende steel met omgebogen einde. Op de achterzijde steeleinde de gegraveerde initialen "I D K"

Eenvoudige lepel met ovale, spitse bak en aangezette, zich verbredende steel met omgebogen einde. Aanzet met enkel lof tegen extra, schildvormige plaat. Op achterzijde steel gegraveerde initialen "D R" [of K?]

Eenvoudig, ongedecoreerd couvert; bak, respectievelijk tanden lopen door in de generfde stelen, die eindigen in een verduikte rand

Eenvoudige lepel met ovale, spitse bak en aangezette, generfde steel, halfrond eindigend met geschulpte verdikking. Op de achterzijde van het steeleinde de gegraveerde initialen "F. J. P. M. H.". Viertandige vork met dito steel. Op achterzijde de gegraveerde initialen "F (of T). J. P. M. H."

Eenvoudige, ongedecoreerde lepels met ovale bak, overgaande in de zich verbredende, generfde steel

Eenvoudige lepels met ovale bak en aangezette, zich verbredende en licht gebogen steel met omgebogen einde

Eenvoudige lepel met aangezette, zich verbredende steel met licht omgebogen einde

Lepels: ovale, spitse, aan de voorzijde afgeplatte bak, overgaande in de zich verbredende, generfde steel met afgerond einde en geschulpte verdikking.

Vorken met vier tanden, ingesnoerd hoekig overgaande in de zich verbredende, generfde steel met omgebogen einde

Zicht op de Sint Catharinakerk. Dit 'straatje' kan goed het Kruisbroedersstraatje zijn. De Kruisbroedershof en naaste omgeving is een merkwaardige buurt met een geheel eigen sfeer, onstaan door de vestiging der Kruisheren, in Den Bosch meestal Kruisbroeders genoemd. In 1309 hadden zich aan de Verwersstraat enige jongemannen gevestigd met de bedoeling gezamelijk een godvruchtig leven te leiden. Zij noemden zich Bogarden en kunnen misschien het best getypeerd worden als mannelijke begijnen; het waren dan ook geen eigenlijke kloosterlingen. Het Oud Bogardenstraatje in de Verwerstraat herinnert nog aan hun verblijf aldaar. Zij verdienden de kost met weven. In 1439 namen zij de regel en de kleding aan van de Derde orde van St. Franciscus en werden daardoor kloosterlingen. Maar enkele van hun paters en broeders verlangden naar een strengere regel; uiteindelijk werden deze laatsten opgenomen in de orde der Kruisheren. Zo ontstond het ongewoon verschijnsel van twee kloosterorden in één klooster. Na 1469 hebben de Kruisheren tengevolge van onenigheid het Bogardenklooster verlaten: in genoemd jaar werd hen een ruim terrein bij de Sint Jorisstraat geschonken. Zij bouwden daar hun kapel en klooster. Die kapel bestaat nog altijd, het is het hoogkoor der tegenwoordige Sint Catharinakerk, zo genoemd naar de patrones der oorspronkelijke kloosterkapel. De naam Kruiskerk dankt zij aan die vroegere aanwezigheid der Kruisbroeders. In 1629 moesten deze laatsten Den Bosch verlaten, zij vestigden zich voorlopig in Schijndel. Met andere kloosterlingen en seculiere geestelijken bleven er ook, tegen de strenge plakkaten in, enige Kruisbroeders achter om in 't geheim de verboden kerkdiensten te houden.

Kathedraal van 's-Hertogenbosch, met op de voorgrond paard en wagen

De noordkant van de kathedraal. Opschrift linksonder: Basiliek S Jan, rechtsonder gesigneerd Hendrik de Laat

De ketting waarmee Petrus in de gevangenis was vastgeketend, werd vereerd en in het klein nagemaakt als een devotie-object. Petrus' Banden is de naam van veel kerken in Nederland

Behoort bij inv. nr. Ag/1335

Achterzijde is een bakvormig plaatje. Daarop gebold geelgouden ajourwerk van zeer kleine Zeeuwse knopjes die onderling verbonden zijn met kabelvormige lijnen. Middenboven zit een roodgouden half bolletje. Daar omheen acht bladvormen, ook in rood goud. Een zilverkleurige speld aan de achterzijde

Set van doosje en twee sieraden, een horlogeketting en een broche, resp. opgenomen onder de inv. nrs. Ag/1336 en Ag/1337. Doosje is aan de randen afgezet met roze lint, dat op sommige plaatsen versleten is, en wit koord. Opschrift in goudverf: Souvenir aan Gemert. Op de bodem ligt een stukje vloerbedekking. Daarop liggen twee gouden sieraden: een horlogeketting en een broche. In het doosje zit een papiertje met de tekst: Trui Schoenmaker. Na haar dood H. missen / zie in 't doosje." Geschonken door Koos Boets osc met de mededeling dat de kluis te Uden te vol was en hij niet wist wat er mee te doen

Dun plaatje gebosseleerd roodgoud, bevestigd op een stukje rode stof

Behoort bij inv. nr. Ag/1335

Ruitvormig koperen 'medaillon' in geprofileerde lijst met parelrand. Op de voorzijde een metalen calvariegroep. De kruisarmen eindigen in bladmotieven met een pareltje. Op de plaat, rond de voorstelling, gegraveerde dubbele rond- en spitsbogen. Op de keerzijde een voorstelling van Maria met Kind, geplaatst op een console, omgeven door een vlammende stralenkrans. Aan de boven- en onderzijde een pareltje. Het medaillon is omzoomd door een dubbele, in elkaar gevlochten kabelrand. Op de hoeken metalen ajour voluutvormige ornamenten

Ring met verbrede bovenzijde. Hierop ornamenteel graveerwerk en in de centrale cirkel een figuur met gespreide vleugels (?). Aan de binnenzijde gegraveerd "Ave sponse coelestis"

Dunne ring met een ovale, rode steen in een vatting met ajourrand