Zoeken in collecties

Uw zoekacties: zzOUD Databestand kloosters in Nederland

zzOUD Databestand kloosters in Nederland

beacon
5.727  beschrijvingen
gesorteerd op:
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: Lochem
Datering:
1425 - 1595
Orde of congregatie:
Zusters van het Gemene Leven
Naam van het klooster:
Kleine Convent
Plaatsnaam:
Lochem
Provincie:
Gelderland
Parochie:
Lochem
Destijds gewest:
Gelre
Bisdom:
Utrecht
Stichting/eerste vermelding:
1425
Opheffing/laatste vermelding:
1595
Type:
Klooster, v
Geschiedenis:
Tijdens het Utrechts Schisma moesten de zusters des gemenen levens uit het Buyskenshuis in Deventer de stad verlaten. In 1425 vertrokken ze naar Lochem, waar ze een nieuw huis stichtten, dat Kleine Convent genoemd werd. De ballingschap duurde tot 1432. Een aantal zusters keerde toen weer naar het Buyskenshuis terug. Het Lochemse Zusterhuis werd echter ook voortgezet. In 1595 werd het uiteindelijk opgeheven. De goederen werden toen aan de stad overgedragen. Voor herstelwerkzaamheden aan de in 1615 bij de stadsbrand beschadigde Lochemse Gudulakerk werden stenen gebruikt, die van de toen al vervallen gebouwen van het Kleine Convent afkomstig waren. Op de fundamenten van deze gebouwen werden vervolgens nieuwe huizen gebouwd
Gebruikte literatuur:
Monasticon Batavum, Deel II, p. 116; CeesJan Frank, ‘Berichten uit Lochem in de 19de eeuw (2): Een bijzondere vondst’ in “Land van Lochem” 2012, nr. 3, p. 9
ENK Monasticon nummer:
ME-Z135-013
VU Kloosterlijst nummer:
L33
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: Lochem
Datering:
1397 - 1582
Orde of congregatie:
Zusters van het Gemene Leven
Naam van het klooster:
Grote Convent
Patroonheilige:
Sint Agnes
Plaatsnaam:
Lochem
Provincie:
Gelderland
Parochie:
Lochem
Destijds gewest:
Gelre
Bisdom:
Utrecht
Stichting/eerste vermelding:
1397
Opheffing/laatste vermelding:
1582
Type:
Klooster, v
Geschiedenis:
Het Grote of St. Agnes-convent te Lochem, dat aan de Achterstraat gelegen was, werd vermoedelijk tussen 1386 en 1397 gesticht. De zielzorg van de zusters van dit convent berustte bij het Heer Florenshuis te Deventer. Het convent bezat veel renten en onroerend goed, waaronder het goed Kelholt in Klein Dochteren en het goed Weppelinck in Zwiep. Toen omstreeks 1504 het convent uit het parochiale verband van de St. Gudulakerk losgemaakt werd, gingen de zusters over hetzij tot de derde orde van St. Franciscus, hetzij tot de reguliere orde van St. Augustinus. Toen in 1572 Staatse troepen onder aanvoering van graaf Willem IV van den Bergh de IJsselsteden veroverden, werden de gebouwen van het Grote Convent, waartoe ook een kapel en een zogenaamd kloosterhuis behoorden, verwoest. Dit was in 1582 opnieuw het geval, toen bij de belegering van Lochem door de Spanjaarden deze gebouwen in brand gestoken werden. Ook bij de grote stadsbrand in 1615, werden deze reeds door de zusters verlaten gebouwen, althans van wat er toen nog van over was, niet gespaard. Opmerkelijk is dan ook dat uit het verpondingskohier, waarin gegevens over grondbezit werden opgetekend ten behoeve van de betaling van grondbelasting, blijkt dat in het midden van de zeventiende eeuw van vorenbedoelde gebouwen de kapel tot school omgevormd was en het kloosterhuis aan particulieren verhuurd werd. Het kloostergebouw zelf werd in het kohier niet vermeld
Gebruikte literatuur:
Monasticon Batavum, Deel II, p. 116; André Reincke, ‘Het Kloosterhuis in de Achterstraat: Nieuwtjes over de geschiedenis van Lochem (10)’ in “Land van Lochem” 2013 nr. 1
Gebruikte websites:
Website Gelders Archief, https://www.geldersarchief.nl/bronnen/archieven?mivast=37&mizig=210&miadt=37&micode=0321&miview=inv2&milang=nl#inv3t1 (07-01-2016)
ENK Monasticon nummer:
ME-Z135-012
VU Kloosterlijst nummer:
L32
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: Hoorn
Datering:
1479 - 1496
Orde of congregatie:
Zusters van het Gemene Leven
Naam van het klooster:
Zusters aan de Clopport
Plaatsnaam:
Hoorn
Provincie:
Noord-Holland
Parochie:
Hoorn
Destijds gewest:
Holland
Bisdom:
Utrecht
Stichting/eerste vermelding:
1479
Opheffing/laatste vermelding:
1496
Type:
Klooster, v
Geschiedenis:
In een akte uit 1479 lieten drie vrouwen in Hoorn vastleggen dat hun bezit voortaan gemeenschappelijk zou zijn. Hiermee kwam een gemeenschap tot stand die alle kenmerken vertoonde van een zusterhuis des gemenen levens. De vrouwen woonden in individuele woningen, die eigendom waren van het kruisherenklooster Pietersdal te Hoorn. Deze woningen waren gelegen in een steegje, dat de naam Clopport had en dat aan de Gedempte Turfhaven tegenover voornoemd klooster lag. Het is aannemelijk dat, mede gezien het vorenstaande, tussen onderhavige gemeenschap, die geen eigen kapel had, en dit kruisherenklooster een nauwe band bestond. Er zijn geen aanwijzingen dat na het overlijden in 1496 van de laatste van de drie vrouwen deze kleine gemeenschap is blijven voortbestaan
Gebruikte literatuur:
Ch. Schrickx, Proefschrift “Bethlehem in de Bangert: Een historische en archeologische studie naar de ontwikkeling van een vrouwenklooster onder de orde van het Heilig Kruis in het buitengebied van Hoorn 1475-1592” (Universiteit Leiden 2015), p. 53, p. 53, voetnoot 59;
ENK Monasticon nummer:
ME-Z135-011
VU Kloosterlijst nummer:
H96
Toon op kaart Toon op kaart
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: 's-Hertogenbosch
Datering:
1409 - 1629
Orde of congregatie:
Zusters van het Gemene Leven
Naam van het klooster:
Ten Orthen
Patroonheilige:
Sint Andreas
Plaatsnaam:
's-Hertogenbosch
Provincie:
Noord-Brabant
Parochie:
's-Hertogenbosch
Destijds gewest:
Brabant
Bisdom:
Luik
Stichting/eerste vermelding:
1409
Opheffing/laatste vermelding:
1629
Type:
Klooster, v
Geschiedenis:
Op door ridder Johan ten Orthen bij testament daartoe bestemde grond werd in 1409 in de Triniteitsstraat in ‘s-Hertogenbosch een huis van zusters des gemenen levens gesticht. In 1423 werd dit huis, dat de naam Ten Orthen kreeg, verplaatst naar de Hinthamerstraat. Jan van Heinsberg, prins-bisschop van Luik, stond in 1434 de zusters een eigen kapel toe. Deze kapel werd toegewijd aan St. Andries en aan St. Agnes, die ook de patroonheilige van het zusterhuis was. De zusters voorzagen met het weven van linnen in hun levensonderhoud. Hiermee traden zij in concurrentie met de linnenwevers in de stad. Dit nam zulke vormen aan dat de Bossche magistraat de zusters het weven verbood. Om dit verbod te omzeilen, betrok in 1435 een groot deel van de zusters een huis in Vught, om daar de linnenweverij voort te zetten. Dit huis bleef met het huis in ’s-Hertogenbosch één gemeenschap vormen. In 1444 vestigden zich ook fraters bij het huis in ’s-Hertogenbosch. Er werd toen gesproken van een dubbelklooster. Dit behoeft evenwel enige nuancering, alleen al vanwege het feit dat, doordat de zusters en ook de fraters geen kloostergeloften aflegden, er van kloosterlingen geen sprake was. Bovendien leefden de zusters en de fraters, die elk hun eigen statuten hadden, in van elkaar gescheiden gebouwen. Alleen van de kapel maakten ze gezamenlijk gebruik. In 1473 wilde de gemeenschap in Vught zich van die in ’s-Hertogenbosch afscheiden. De zusters in Vught werden toen naar ’s-Hertogenbosch teruggeroepen. Hun huis werd nog hetzelfde jaar verkocht aan de kartuizers, die er de kartuize Sint-Sophia vestigden. Toen in 1629 Frederik Hendrik ’s-Hertogenbosch innam, moesten de mannelijke kloosterlingen, waartoe ook de fraters gerekend werden, terstond de stad verlaten. De zusters mochten in hun huis blijven wonen, maar waren, doordat zij geen nieuwe zusters meer mochten aannemen, tot uitsterven gedoemd. De kloostergebouwen raakten in verval en vielen uiteindelijk fasegewijze aan de sloophamer ten offer
Gebruikte literatuur:
Monasticon Batavum, deel II, p. 97; A.G. Weiler, “Volgens de norm van de vroege kerk: De geschiedenis van de huizen van de broeders van het Gemene Leven in Nederland” (Nijmegen 1997), p. 150/151; J.A.M. Hoekx, G. Hopstaken, A.M. van Lith-Drooglever Fortuijn en J.G.M. Sanders, “Kroniek van Molius : Een zestiende-eeuwse Bossche priester over de geschiedenis van zijn stad” ('s-Hertogenbosch 1992), Zie ook: Website Bossche Encyclopedie, http://www.bossche-encyclopedie.nl/overig/kloosters/zusters%20van%20orthen.htm (06-01-2017, pz 137-139; Roelands, ‘Zusters van Orthenpoort’ op website Bossche Encyclopedie, http://www.bossche-encyclopedie.nl/Straten/Orthenpoort,%20Zusters%20van.htm?p1=../verdwenen%20namen%20van%20straten%20en%20stegen/_index.1.htm?title=Verdwenen%20straten%20en%20stegen&t1=Verdwenen%20straten%20en%20stegen&title=Colverspoort (07-01-2017); H. Molhuysen, ‘Een toepdrive in de voormalige kloosterpoort”, website Bossche Encyclopedie , http://www.bossche-encyclopedie.nl/overig/kloosters/zusters%20van%20orthen.htm (06-01-2017); P.L. Leget-Kuijlen & J.N. Leget, ‘De Zusters van Orthen te ’s-Hertogenbosch’ op website Bossche Encyclopedie, http://www.bossche-encyclopedie.nl/overig/kloosters/zusters%20van%20orthen.htm (06-01-2017); Sasse van Ysselt; ‘Het klooster der Zusters van Orthen’ op website Bossche Encyclopedie; http://www.bossche-encyclopedie.nl/overig/kloosters/zusters%20van%20orthen.htm (06-01-2017)
ENK Monasticon nummer:
ME-Z135-010
VU Kloosterlijst nummer:
H64
Toon op kaart Toon op kaart