Zoeken in collecties

Uw zoekacties: Vestigingsplaats: Hoorn

zzOUD Databestand kloosters in Nederland

beacon
 
 
Erfgoedstuk
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: Hoorn
Datering:
1457 - 1572
Orde of congregatie:
Kruisheren
Naam van het klooster:
Pietersdal
Patroonheilige:
Sint Petrus
Plaatsnaam:
Hoorn
Provincie:
Noord-Holland
Parochie:
Hoorn
Destijds gewest:
Holland
Bisdom:
Utrecht
Stichting/eerste vermelding:
1457
Opheffing/laatste vermelding:
1572
Type:
Klooster, m
Geschiedenis:
In 1425 werd door twee priesters en vijf gelovigen een poging ondernomen om buiten de stadsmuren van Hoorn een broedershuis ter ere van Sint-Pieter op te richten. Deze poging mislukte echter, waarop hun grond in 1455 aan Tertianen van Sint Franciscus geschonken werd, die er het klooster Sint-Pietersdal stichtten. Een meerderheid van deze franciscaanse derde-ordelingen verzochten echter in 1461 op aandrang van de geestelijkheid van Hoorn aan de prior van het Kruisbroederklooster te Osterberg in Westfalen om in de Orde van het Heilig Kruis opgenomen te worden. In 1462 willigde het generaal-kapittel dit verzoek in en zond vanuit het kruisherenconvent in Keulen Nicolaas van Haarlem als eerste prior naar Hoorn. Met geld en arbeidskracht van veel burgers werd een kloosterkerk gebouwd, waarvoor het stadsbestuur het muurwerk schonk. In 1465 werd deze kerk geconsacreerd. Het klooster had erg te lijden van de belegering van Hoorn door de kabeljauwen. De kloostergebouwen werden dusdanig vernield, dat herstel niet meer mogelijk was. Er werd dan ook een nieuw klooster gebouwd. Doordat de bouw door geldgebrek herhaaldelijk moest worden onderbroken, was de kerk pas in 1521 onder dak. Het observante kloosterleven, dat de Hoornse kruisheren leidden, bleef binnen de orde niet onopgemerkt, aangezien drie conventualen tot prior-generaal werden gekozen. Het Hoornse convent had een bijzondere relatie met de zusters van het klooster Bethelem. Dit klooster, dat in Bangert tussen Hoorn en Westblokker gelegen was, ging in 1475 over van de regel van Sint-Franciscus naar die van Sint-Augustinus en stelden zich daarbij onder het generaal kapittel en de visitatie van de kruisheren. In 1566 werd dit klooster door de geuzen geplunderd en verwoest. Waarschijnlijk in 1572 moesten de kruisheren hun Hoornse klooster, dat al van het begin een zwakke financiële basis kende, verlaten toen Hoorn in handen viel van de Prins van Oranje. Het klooster werd een oudemannenhuis en de kerk een pesthuis
Gebruikte literatuur:
Monasticon Batavum deel II, p. 100; H. van Engen, “De derde orde van Sint-Franciscus in het middeleeuwse bisdom Utrecht” (Hilversum 2006), p. 280; P. van den Bosch, ‘Studiën over de observantii der Kruisbroeders in de vijftiende eeuw’ in “Clairlieu, tijdschrift gewijd aan de geschiedenis der kruisheren”, 26 (1968), p. 109/110; R. Janssen, “Oord van helder licht: 800 jaar Orde van het Heilig Kruis 1210-2010” (St. Agatha 2010), p. 117; R. Janssen, ‘De orde van het heilig kruis in de vijftiende eeuw, deel 2 : De kloosters die na 1410 en voor 1473 werden gesticht’ in “Clairlieu, tijdschrift gewijd aan de geschiedenis der kruisheren”, 28 en 29 (1970-1971), p. 131-133
ENK Monasticon nummer:
ME-P017-008
VU Kloosterlijst nummer:
H87