Zoeken in collecties

Uw zoekacties: Vestigingsplaats: Roermond

zzOUD Databestand kloosters in Nederland

beacon
 
 
Erfgoedstuk
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: Roermond
Datering:
1614 - 1784
Orde of congregatie:
Clarissen
Naam van het klooster:
Clarissen
Plaatsnaam:
Roermond
Provincie:
Limburg
Parochie:
Roermond
Destijds gewest:
Gelre
Bisdom:
Roermond
Stichting/eerste vermelding:
1614
Opheffing/laatste vermelding:
1784
Type:
Klooster, v
Geschiedenis:
In 1614 kreeg Pater Arnoldus ab Ischa, provinciaal van de minderbroeders van de Nederduitse Provincie, van de stadsmagistraat van Roermond toestemming om in deze stad een clarissenklooster te vestigen. Dit toen onder de voorwaarde dat het aantal zusters nimmer meer dan zeventien zou bedragen. Reeds in voornoemd jaar vertrokken een tiental clarissen uit het klooster van Brussel naar Roermond. Hier vonden ze een voorlopig onderkomen zowel in enkele particuliere huizen, als ook bij de dominicanessen van Maria-Wee, die in 1599 hun klooster aan de Veldweg voor het door de bogaarden verlaten klooster van St. Theobaldus verruild hadden. In 1621 kwam aan de tegenwoordige Neerstraat tussen de Pelser- en Paredisstraat, de nieuwbouw gereed van het klooster voor de clarissen, die zich in het volgen van de Regel van Clara van 1253 baseerde op de door Johannes van Capestrano opgestelde constituties. Dit klooster, dat schuin tegenover het Minderbroedersklooster lag, werd door de stadsbrand van 1665 in as gelegd. Een deel van de zusters vond toen onderdak bij opnieuw de dominicanessen van Maria Wee, terwijl de overige zusters opgevangen werden in kloosters in Brussel, Mechelen, Antwerpen en Leuven. Al in 1666 konden de zusters terugkeren naar hun toen herbouwde klooster. In 1784 werd het klooster bij keizerlijk decreet van Jozef II opgeheven. De zusters vertrokken toen naar Megen, waar de clarissen van Boxtel, na een tijdelijk verblijf in Hoogstraten, in 1725 een op de plaats van het kasteel van Megen nieuw opgetrokken klooster hadden betrokken. In 1786 werd het klooster in Roermond afgebroken. In 1875 vestigden zich vanuit Münster opnieuw Clarissen in Roermond, die wegens Bismarck’s Kulturkampf hadden moeten vluchten
Gebruikte literatuur:
Monasticon Batavum, Deel I, p. 168/169; Monasticon Batavum, Supplement, p. 135; H.R. Roggen, “De Clarissenorde in de Nederlanden” (Sint-Truiden 1995), p. 243-247; F.Q. Hoebens, “Kloosters in Limburg” (Utrecht 2017), p. 177; C.P. Voorvelt, ‘De Clarissen in Nederland’ in “De Clarissen vroeger en nu. Korte Geschiedenis van de Clarissen-orde tot de Hervorming van Sint Coleta in de Nederlanden tot heden” (Mechelen 1973); P. Daim van Heel, O.F.M., ´Giften van de aartsherogen Albertus en Isabell aan kloosters’ in “De Maasgouw; Limburgs tijdschrift voor Geschiedenis, Taal en Kunst, Jrg. 58 (1938), nr. 3, p. 29; A.F van Beurden, ‘Vijftig jaar Roermondsch stadsleven’ in “De Nieuwe Koerier”, Jrg. 38 (1925), nr. 13; J. Stoelhorst en K. Pesch Konopas, “De entree tot de Clarissen. Cultuur- en bouwhistorische analyse Neerstraat 63 te Roermond” (Res nova 2006), p. 22-24
Gebruikte websites:
Website Clarissen in Nederland: Federatie van de heilige Clara, https://www.clarissen.nl/geschiedenis-na-1350/ (11-02-2019)
ENK Monasticon nummer:
ME-Z019-902
VU Kloosterlijst nummer:
RN03