Zoeken in collecties

Uw zoekacties: Vestigingsplaats: Haarlem

zzOUD Databestand kloosters in Nederland

beacon
 
 
Erfgoedstuk
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: Haarlem
Datering:
1387 - 1581
Orde of congregatie:
Tertiarissen
Naam van het klooster:
Ursula
Patroonheilige:
Sint Ursula
Plaatsnaam:
Haarlem
Provincie:
Noord-Holland
Parochie:
Haarlem
Destijds gewest:
Holland
Bisdom:
Utrecht
Stichting/eerste vermelding:
1387
Opheffing/laatste vermelding:
1581
Type:
Klooster, v
Geschiedenis:
De zusters van het Sint-Ursulaconvent in Haarlem woonden vanaf 1431 in het klooster dat gelegen was tussen de Zoetestraat, de Sint Ursulasteeg en de Kraaienhorstgracht, de tegenwoordige Nassaulaan. De gemeenschap ontstond in de Caeciliasteeg. Daar stonden twee zusterhuizen, waarvan er een voor het eerst in 1387 in het fundatieboek van het Begijnhof vermeld werd. De gemeenschappen, die in deze twee huizen ontstonden, groeiden uit tot conventen van tertiarissen: het Sint-Caeciliaconvent en het hierboven genoemde Sint-Ursulaconvent. Dit laatste convent, dat vermoedelijk in 1420 al overging naar de derde orde van Franciscus en tot het Kapittel van Utrecht behoorde, werd in 1422 voor het eerst expliciet genoemd. In dat jaar kregen de zusters toestemming om te verhuizen naar de ban van Akendam. Of deze verhuizing ook daadwerkelijk plaatsvond, is niet duidelijk. Ze woonden in elk geval in 1431 al in hun klooster aan Kraaienhorstgracht, zoals hierboven reeds is vermeld. In 1451 kregen de zusters van de pastoor van de Sint Bavokerk het recht een eigen biechtvader te kiezen, een eigen kerk en kerkhof te bezitten en niet-kloosterlingen in hun kerk of op hun kerkhof te begraven. In 1460 werden deze privileges door David van Bourgondië, bisschop van Utrecht, bekrachtigd. Net zoals van de andere kloosters in Haarlem werden in 1581 de goederen van het Sint-Ursulaconvent door de Staten van Holland geconfisqueerd. Het convent werd opgeheven en de overgebleven zusters ontvingen van stadswege alimentatie. De conventsgebouwen werden toen tot particuliere woningen verbouwd. In het hoofdgebouw van het in 1773 aan de Ursulastraat gesticht Remonstrants Hofje is nog een fragment te herkennen van de toren van de kerk, die tot het kloostercomplex van het Sint-Ursu-laconvent behoorde
Gebruikte literatuur:
Monasticon Batavum, Deel I, p. 96; Monasticon Batavum, Supplement, p. 67; Monasticon Trajectense, http://www2.let.vu.nl/oz/monasticon/detail.php?ID=083 (03-03-2017); K. Goudriaan: ‘De derde orde van Sint Franciscus in het bisdom Utrecht: Een voorstudie’ in “Jaarboek voor Middeleeuwse Geschiedenis 1” (Hilversum 1998), p. 243; G.H. Kurtz, “Beknopte geschiedenis van Haarlem” (Haarlem 1942), p. 39
Gebruikte websites:
Website Noord-Hollands Archief, http://noord-hollandsarchief.nl/bronnen/archieven?mivast=236&mizig=210&miadt=236&miaet=1&micode=2123&minr=3214415&miview=inv2&milang=nl (01-03-2017), Website Archieven.nl: Noord-Hollands Archief, https://www.archieven.nl/nl/zoeken?mivast=0&mizig=210&miadt=236&miaet=1&micode=2106&minr=1218962&miview=inv2&milang=nl (02-03-2017)
ENK Monasticon nummer:
ME-Z207-058
VU Kloosterlijst nummer:
H08