Zoeken in collecties

Het Sint-Claraconvent in Harderwijk, waarvan het klooster aan de Smeepoortstraat lag, pal naast de toren van de Onze Lieve Vrouwekerk -thans Grote Kerk geheten-, werd voor het eerst in 1466 vermeld. In dat jaar droeg de priester Gherman Wouterszoon, die al in 1476 land en rente schonk ten behoeve van armen en zieken, het beheer daarvan aan voormeld klooster over. Het convent dat de naam Clarendal kreeg, werd behalve Grauwe Zusters, naar de grijze kleding van de zusters, ook Observantinnen genoemd, omdat de zusters naar voorbeeld van de Observanten eveneens streefden naar strikte naleving van het armoede-ideaal van Sint Franciscus. Het convent, dat onder invloed van de minderbroeders stond, werd in1485 voor het eerst als een convent van de derde orde van Sint Franciscus aangeduid. Nadat in Harderwijk de Reformatie in 1578 definitief doorgevoerd was, werden de gebouwen en goederen van Clarendal in 1580 door de stad geconfisqueerd. De overgebleven zusters ontvingen toen van stadswege alimentatie en mochten in een deel van het klooster blijven wonen. Het andere deel van het klooster werd in 1584 tot muntgebouw van Gelre en Zutphen ingericht. Daarna werden er militairen gehuisvest