Zoeken in collecties

Uw zoekacties: Vestigingsplaats: Utrecht

zzOUD Databestand kloosters in Nederland

beacon
 
 
Erfgoedstuk
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: Utrecht
Datering:
1337 - 1614
Orde of congregatie:
Tertiarissen
Naam van het klooster:
Nicolaas
Patroonheilige:
Sint Nicolaas
Plaatsnaam:
Utrecht
Provincie:
Utrecht
Parochie:
Utrecht-Nicolaas
Destijds gewest:
Nedersticht
Bisdom:
Utrecht
Stichting/eerste vermelding:
1337
Opheffing/laatste vermelding:
1614
Type:
Klooster, v
Geschiedenis:
Het Sint Nicolaasconvent in Utrecht, dat aan de westzijde van de in 1987 afgebroken Sint Nicolaaskerk lag, komt voort uit een gemeenschap van begijnen, die in een daar gelegen in 1337 door Hendrik van der Stove geschonken huis samenwoonden. In 1399 nam de gemeenschap, die zich onder toezicht van de mater en de biechtvader van het eveneens in Utrecht gelegen Sint Caeciliaconvent had gesteld, de derde regel van Sint Franciscus aan en schaarde zich onder het Kapittel van Utrecht. Het convent beleefde moeilijke tijden, maar wist dit te boven te komen en kon zelfs weer gaan uitbreiden. In 1422 kregen de zusters parochiale toestemming om een eigen biechtvader te kiezen, van hem de eucharistie te ontvangen en op een eigen altaar de mis op te dragen. Tevens werd in hetzelfde jaar tot het besluiten van het convent overgegaan. Het convent had nogal te lijden onder het geweld en de onregelmatigheden, waarmee het door de gilden werd bejegend. In 1455 werd de deken van Sint Salvator te Utrecht en vervolgens de proost van Sint Maria verzocht hiertegen op te treden. Pas in 1460 kregen de zusters toestemming om het heilige oliesel door de eigen biechtvader te laten toedienen en om in hun eigen kapel begraven te worden. De bestaande kapel werd door een nieuwe vervangen, die in 1476 geconsacreerd werd. Om de kapel met het convent te verbinden werd de Nicolaassteeg, thans de Doelenstraat, met een gewelfde gang overbrugd. Het convent nam met het Utrechtse Bethlehemconvent het initiatief om met nog dertien andere tertiarissenconventen in beroep te gaan tegen de beslissing van Paus Pius V om het Kapittel van Utrecht onder de jurisdictie van de minderbroeders te stellen. In 1586 werden de Staatse troepen van Leicester in het convent ondergebracht, terwijl in de kapel paarden gestald werden. Na hun vertrek deden de gebouwen dienst als hospitaal. Nadat de zuster in 1614 uit het kloostercomplex vertrokken waren, werden het tot tuchthuis ingericht. De kerk werd in 1632 voor afbraak verkocht
Gebruikte literatuur:
Monasticon Batavum, Deel I, p. 185/186; Monasticon Batavum, Supplement, p. 153; Monasticon Batavum, Deel II, p. 193; H. van Engen, “De derde orde van Sint-Franciscus in het middeleeuwse bisdom Utrecht. Een bijdrage tot de institutionele geschiedenis van de Moderne Devotie” (Hilversum 2006), p. 154/155/156/207 voetnoot 20; 239/240 /247 voetnoot 39/270/314/314 voetnoot 55; Monasticon Trajectense, http://www2.let.vu.nl/oz/monasticon/detail.php?ID=148 (19-04-2017); K. Goudriaan: ‘De derde orde van Sint Franciscus in het bisdom Utrecht: Een voorstudie’ in “Jaarboek voor Middeleeuwse Geschiedenis 1” (Hilversum 1998), p. 244; A. Schukken en R. Rutte, "Utrecht en de Reformatie. De stedenbouwkundige  gevolgen " (Utrecht 2015), p. 19
Gebruikte websites:
Website Het Utrechts Archief, http://hetutrechtsarchief.nl/onderzoek/resultaten/archieven?mivast=39&mizig=210&miadt=39&miaet=1&micode=708&minr=28568883&miview=inv2&milang=nl (19-04-2017); Website Wikipedia, https://nl.wikipedia.org/wiki/Sint-Nicolaasklooster_(Utrecht) (19-04-2017)
ENK Monasticon nummer:
ME-Z207-120
VU Kloosterlijst nummer:
U17