Zoeken in collecties

Uw zoekacties: Vestigingsplaats: Rijnsbug

zzOUD Databestand kloosters in Nederland

beacon
 
 
Erfgoedstuk
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: Rijnsbug
Datering:
1133 - 1574
Orde of congregatie:
Benedictinessen
Naam van het klooster:
Abdij Rijnsburg
Patroonheilige:
Heilige Maagd Maria
Plaatsnaam:
Rijnsbug
Provincie:
Zuid-Holland
Parochie:
Rijnsburg
Destijds gewest:
Holland
Bisdom:
Utrecht
Stichting/eerste vermelding:
1133
Opheffing/laatste vermelding:
1574
Type:
Klooster, v
Geschiedenis:
Petronella van Saksen, de weduwe van graaf Floris II, stichtte in 1133 de benedictinessenabdij van Rijnsburg. In dat jaar werd het klooster ter ere van de H. Maagd Maria gewijd door Adreas van Cuyk, de bisschop van Utrecht. De abdij was de voornaamste adellijke vrouwenabdij in het graafschap Holland. De eerste nonnen kwamen uit het klooster Stötterlingenburg in het Harzgebergte. Al in 1140 verleende de paus aan de abdij exemptie, waardoor de abdij onttrokken werd aan de rechtsmacht van de bisschoppen van Utrecht. Naast goederen in Delft, Leiden, Noordwijk en Aalsmeer bezat Petronella van Saksen de heerlijkheid Rijnsburg. Al deze bezittingen schonk ze met de daaraan verbonden rechten aan het klooster. Voorts werden ook gronden geschonken door graven en gravinnen van Holland. Aldus verwierf de abdij een belangrijk grondbezit in vrije onbelaste eigendom, waardoor de abdis behalve de bevoegdheden als kloosteroverste ook de rechten van een wereldlijke landsvrouwe uitoefende. De bewoners van voormelde landerijen, waarvan bij haar het privilege van rechtspraak berustte, waren aan haar gehoorzaamheid verschuldigd. De parochiekerk, die tevens als abdijkerk dienst deed, werd tot twee keer toe, in 1158 en 1183, vervangen door een nieuwe grotere kerk. Gezien de toename van het verval van de tucht, waardoor de kloostergemeenschap haar godsdienstig en geestelijk weerstandsvermogen steeds verder verloor, werden meerdere pogingen ondernomen de abdij te hervormen, die echter weinig of geen effect hadden. In 1536 wenste het convent het klooster tot een wereldlijk stift om te vormen. De keizer, wiens toestemming daarvoor nodig was, stelde om staatkundige en godsdienstige redenen de beslissing daarover uit, zodat deze aangelegenheid min of meer op de lange baan geschoven werd. In 1574, tijdens het beleg van Leiden, werd de abdij verwoest door de geuzen, die wilden voorkomen dat de Spaanse belegeraars de abdij zouden gebruiken. Hiermee kwam aan de abdij van Rijnsburg voorgoed een einde
Gebruikte literatuur:
Monasticon Batavum, deel III, p. 105, M. Hüffer, “De adellijke vrouwenabdij van Rijnsburg. 1133-1574” (Nijmegen en Utrecht 1922), p. 11/16/17/18/19/217-220; E.H. ter Kuile, “Leiden en Westelijk Rijnland” (Zeist 1944), p. 183/184/185
Gebruikte websites:
Website Digibron Kenniscentrum Gereformeerde Gezinte, http://www.digibron.nl/search/detail/012e96b9ca0bc72b499c175d/historie-uit-stad-en-streek (21-02-2016); Website Wikipedia, https://nl.wikipedia.org/wiki/Abdij_van_Rijnsburg (21-02-2016)
ENK Monasticon nummer:
ME-Z011-014
VU Kloosterlijst nummer:
R10