Zoeken in collecties

Uw zoekacties: Kloosterorganisatie: Cisterciënzers

zzOUD Databestand kloosters in Nederland

beacon
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Cisterciënzers
Orde of congregatie:
Cisterciënzers
Alternatieve namen:
Orde der Cisterciënzers; Cisterciënzers; Bernardijnen
Latijnse naam:
Sacer Ordo Cisterciensium
Afkorting:
SOC; SOCist.; Ocist.
Stichter, stichteres:
Robert van Molesme
Stichtingsjaar:
1098
Land van oorsprong:
Frankrijk
Plaats van oorsprong:
Saint-Nicolas-lès-Cîteaux
Vestiging Nederland:
Sinds Middeleeuwen. Herintroductie in 1904
Doelstelling:
Contemplatie; pastoraat
Geschiedenis:
Verburgerlijking en verslapping van de discipline ontvluchtend, die vooral toesloeg in de bij de orde van Cluny aangesloten kloosters, verliet in 1098 abt Robertus met een twintigtal monniken de abdij van Molesme om zich in een onherbergzame plaats bij Dijon te vestigen. In deze plaats, die Cîteaux of in het Latijn Cistercium heette en waarvan de naam cisterciënzers afgeleid is, beoogde Robertus in eenzaamheid, armoede, ascese en eenvoud alsmede door met eigen arbeid in het levensonderhoud te voorzien in alle gestrengheid de regel van Benedictus te volgen. Al in 1099 werd hij opgevolgd door Albericus, die een kilometer verder naar het noorden tot definitieve vestiging van de kloostergemeenschap besloot. Daar verrees ook de eerste stenen kerk. Onder zijn opvolger Stefanus Harding ontstond vanuit onderhavige kloostergemeenschap een orde met een eigen regel en bestuur waarvan de abdij van Citeaux en vier in 1113-1115 van daaruit gestichte kloosters, waaronder die van Clairvaux, de kern vormde. In 1170 kreeg de orde met de Carta Caritatis haar eerste statuten. De daarin vervatte regelgeving sloot eigenmachtig optreden van de abten vrijwel uit en dwong met strenge visitaties een uniforme naleving af van deze statuten. Onder Bernardus van Fontaines, die in 1115 abt van de abdij van Clairvaux werd, kende de orde in de 12e-eeuw een grote groei. Zo ook in Nederland, dat eind 15e-eeuw 34 cisterciënzerkloosters telde. Deze kloosters lagen veelal in onontgonnen gebieden, waar de cisterciënzers zich op landbouw en veeteelt toelegden. Zij hanteerden daartoe een systeem van uithoven, waar lekenbroeders tewerkgesteld waren. Eind 16e-eeuw maakte de Reformatie een eind aan het bestaan van de orde in Nederland. Alleen de Munsterabdij in Roermond kon tot de komst in 1794 van de Fransen blijven voorbestaan. Met de door uit Frankrijk gevluchte cisterciënzers gestichte abdij Mariënkroon in Nieuwkuijk keerden de cisterciënzers van de gewone observatie in de 19e-eeuw in Nederland terug
Gebruikte bronnen:
W. Nolet: Katholiek Nederland, Deel I ('s-Gravenhage 1930), p. 134-138; M. van der Plas en R. Lutz, “Abdijen in de Lage Landen en de mensen die er wonen” (Tielt, Baarn 1989), p. 43; J.P.A. van Vugt: Kloosters op schrift (vijfde bewerkte uitgave, Nijmegen 2015), p. 132; G. Vermeer, “Kloosters van baksteen. De architectuur van de hervormingsorden in Nederland tot omstreeks 1300” (Almere 1999), zie ook: https://pure.uva.nl/ws/files/2829761/34539_UBA003000253_007.pdf (15-05-2020); R. Wols, ‘Cisterciënzers OCIST’ op Website Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC), https://www.bhic.nl/ontdekken/verhalen/cistercienzers-ocist (14-05-2020); J. Leclecq osb, De spiritualiteit van de cisterciënzers, op Website Thomas Merton, http://thomasmerton.nl/cistercienzerstrappisten/spiritualiteit/de-spiritualiteit-van-de-cistercienzers/ (15-05-2020); Zr.Lisbet en Zr Judit De Grijs, ‘Negen eeuwen cisterciënzers’in ”Het Teken” (69e jaargang, nr. 10, mei 1997), zie ook: Website Thomas Godsdienstonderwijs, https://www.kuleuven.be/thomas/page/tijdschriften/viewarticle/100828/ (15-05-2020); H. de Jong, ‘Cisterciënzers beïnvloedden zelfs Den Haag’ in “Katholiek Nieuwsblad” van 13-01-2017, p. 20
ENK Monasticon nummer:
P006
Gevestigd in: