Zoeken in collecties

Uw zoekacties: Vestigingsplaats: Arnhem

zzOUD Databestand kloosters in Nederland

beacon
 
 
Erfgoedstuk
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: Arnhem
Datering:
1404 - 1580
Orde of congregatie:
Reguliere Kanunnikessen van de H. Augustinus (Windesheim)
Naam van het klooster:
Bethanië
Patroonheilige:
Onze Lieve Vrouw
Plaatsnaam:
Arnhem
Provincie:
Gelderland
Parochie:
Arnhem
Destijds gewest:
Gelre
Bisdom:
Utrecht
Stichting/eerste vermelding:
1404
Opheffing/laatste vermelding:
1580
Type:
Klooster, v
Geschiedenis:
In 1404/1405 stichtte een zekere Hendrik van Gouda aan de Beek in de Nieuwstad te Arnhem een huis van Zusters des Gemenen Levens. Dit huis maakte deel uit van het complex “Sente Clarenbongart”, dat eigendom was van het Sint Catharinagasthuis en dat met vierentwintig hofsteden midden in de stad gelegen was, tussen de Jansbeek en de stadsmuur. In 1419 namen de zusters de regel van Sint Augustinus aan en werd het convent door Frederik van Blankenheim, bisschop van Utrecht, onder toezicht geplaatst van de prior van de regulieren van Windesheim of van een andere prior van een tot het Kapittel van Windesheim behorend convent. In 1425 kocht Gijsbert van Vlyemen een stuk grond op de Plattenburg, een buurt in Arnhem-Noord dat gelegen is tussen station Presikhaaf en de Velperweg. Hier verrees een nieuw klooster, dat Bethanië genoemd werd. Tussen 1425 en 1429 werd dit in 1426 ingewijd klooster betrokken door de hierboven bedoelde zusters. Het klooster beschikte voor het door de zusters overschrijven van gebedenboeken over een speciaal daartoe bestemde schrijfkamer. Toen rond 1580 de Reformatie ook in Arnhem voet aan de grond kreeg, werden van Bethanië, evenals van de andere conventen in Arnhem de kloostergebouwen gesloopt. De zusters betrokken toen een gebouw aan de Weverstraat in Arnhem. Toen dit gebouw in 1591 echter verwoest werd, weken ze uit naar de Oeverstraat, de tegenwoordige Oude Oeverstraat. In de 17e eeuw werd het convent tenslotte opgeheven
Gebruikte literatuur:
Monasticon Batavum, p. 24/25/26; W.F. Scheepsma, “Deemoed en devotie. De koorvrouwen van Windesheim en hun geschriften” (Amsterdam 1997), zie ook: http://www.dbnl.org/tekst/sche064deem01_01/sche064deem01_01_0012.php (01-07-2017), p. 223;  W.F. Scheepsma, ‘Medieval Religious Women in the Low Countries: The 'modern Devotion', the canonesses of Windesheim and their writings” (Suffolk 1997), p. 69; L. Hoegen-ter Gast, ‘Het stadsdeel Presikhaaf’ in “Arnhem De Genoeglijkste”, 1 (1981), nr. 3, p. 22
Gebruikte websites:
Website Archieven.nl: Gelders Archief, https://www.archieven.nl/nl/zoeken?miview=inv2&mivast=0&mizig=210&miadt=37&micode=0309&milang=nl#inv3t1; Website Arneym, http://arneym.nl/canonarnhemtot1900/kloosters/index.html (01-07-2017); Website Arneym, http://arneym.nl/kerkkloostergraf/00000097a90b0aacf/index.html (01-07-2017); Website Arneym, http://arneym.nl/printable/canonarnhemtot1900/stadsrechten/00000097a61182a0c/index.html (14-08-2017)
ENK Monasticon nummer:
ME-Z104-014
VU Kloosterlijst nummer:
A52