Zoeken in collecties

Tegen het einde van de 15e eeuw raakte Siegerswoude ontvolkt. De kerk was een ruïne geworden, waarvan het dak was ingestort en alleen de muren nog overeind stonden. Siegerswoude, thans een gehucht onder het dorp Garijp in de Friese gemeente Tietjerksteradeel, was toen nog een dorp. In 1482 vestigden zich er enkele zusters uit het regularissenklooster Maria Magdalena in Hoorn, die vanwege het oorlogsgeweld als gevolg van Hoekse en Kabeljauwse twisten uit Hoorn waren weggetrokken. Bij de vervallen kerk in Siegerswoude stichtten ze met toestemming van Utrechtse bisschop David van Bourgondië een klooster. Dit op bescheiden schaal begonnen klooster, dat de naam Sinaï kreeg, ontwikkelde zich voortvarend. Steeds meer Friezinnen, ook van adellijke afkomst, gingen als conversinnen van Sint Augustinus, zoals de Hoornse zusters, deel uitmaken van dit klooster, dat zich in veel schenkingen kon verheugen en daardoor een aanzienlijk bezit van met name landerijen kon opbouwen. Toen in 1580 de Staten van Friesland de openbare uitoefening van de katholieke godsdienst verboden, werd Sinaï opgeheven. De bezittingen vervielen aan de Staten van Friesland, die in 1581 de kloostercomplex lieten afbranden om te voorkomen dat de vijand, de Spanjaarden, er zich zouden verschansen en het als uitvalsbasis zou gebruiken