Zoeken in collecties

De kanunniken van de Sint-Janskerk te ’s-Hertogenbosch hadden hun wijn opgeslagen in een kelder, die de “oude heeren wijnkelder” genoemd werd. Deze kelder, maakte deel uit van een huis met erf en achterhuis, dat aan de Papenhulst gelegen was. Dit huis was eigendom van de karmelieten van Schoonhoven en was bij hen als hospitium in gebruik. Een termijnhuis wordt in de bronnen niet expliciet vermeld. Wel is er sprake van karmelieten van Schoonhoven die als termijnbroeders in ’s-Hertogenbosch woonachtig waren. Dit blijkt uit een Bossche Schepenakte van 1513. In deze acte wordt gesproken over ene “Willem Henrickszn van Schoonhoven, kloosterling in het klooster der H. Maagd te Schoonhoven en terminarius te Den Bosch”, die in 1513 wegens de verhuur van de hierboven genoemde “oude heeren wijnkelder” aan de kanunniken van de Sint-Janskerk“ een grondrente verleende. Het huis aan de Papenhulst (thans nr. 23) waarvan, zoals reeds vermeld, die kelder deel uitmaakte, is mogelijk behalve als hospitium ook als termijnhuis bij de karmelieten van Schoonhoven in gebruik geweest