Zoeken in collecties

Uw zoekacties: Vestigingsplaats: Utrecht

zzOUD Databestand kloosters in Nederland

beacon
 
 
Erfgoedstuk
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: Utrecht
Datering:
1407 - 1580
Orde of congregatie:
Birgittinessen
Naam van het klooster:
Mariënwijngaard
Patroonheilige:
Onze Lieve Vrouw
Plaatsnaam:
Utrecht
Provincie:
Utrecht
Parochie:
Utrecht-Buurkerk
Destijds gewest:
Nedersticht
Bisdom:
Utrecht
Stichting/eerste vermelding:
1407
Opheffing/laatste vermelding:
1580
Type:
Klooster, m/v
Geschiedenis:
Het vanuit Mariënburg te Soest in Utrecht gestichte klooster Mariënwijngaard, was het op een na laatste birgittendubbelklooster dat in het bisdom Utrecht gesticht werd. In 1407 was er in de toenmalige Campstraat bij een gasthuis van de broederschap van “Maria in de Wijngaard” sprake van een zusterschap, die zich in de loop der jaren ontwikkelde tot een volwaardige religieuze lekengemeenschap, waarvan de zusters leefden volgens de Derde Regel van Sint Franciscus. De Utrechtse bisschop David van Bougondië stond hen in 1484 toe om tot de orde van de heilige Birgitta toe te treden. In 1485 werd dit door paus Innocentius VIII bevestigd. Het convent verwief toen, waarvoor het overigens al in 1447 tevergeefse pogingen ondernomen had, door ruil met de hierboven bedoelde broederschap hun gasthuis, dat tussen Nieuwegracht en Nieuwekamp lag en grensde aan de huidige Brigittenstraat, die in 1586 nog Driekonningenstraat heette. Daarbij kwam het tevens in het bezit van de bij het gasthuis behorende kapel, genaamd “Onze Lieve Vrouw in die Zonne”. Nadat in 1486 voormelde ruil door het kapittel van Oudmunster bevestigd was, werd begonnen met het verbouwen van de kapel tot een traditionele birgittenkerk met een hoogkoor voor de nonnen. Mariënwijngaard, die tot de armste kloosters in Utrecht behoorde, werd nooit geconsacreerd. Ook werd de clausuur nooit ingevoerd. In 1580 ging het bisdom Utrecht officieel tot de Reformatie over. Dit betekende voor Mariënwijngaard het einde. In 1583 werden de bezittingen geconfisqueerd. De broeders moesten het klooster verlaten. De zusters mochten tot hun dood op het terrein blijven wonen, dat echter niet langer een besloten deel van de stad uitmaakte. Ieder keer als er een zuster kwam te overlijden, werd haar plaats door een arme, hulpbehoevende persoon ingenomen. Alle kloostergebouwen werden in 1633 in de verkoop gedaan. Dit met uitzondering van de kloosterkerk, die pas in 1648 verkocht werd
Gebruikte literatuur:
Monasticon Batavum, deel II, p. 188; U. Sander-Olsen, T. Nyberg, P. Sloth Carlsen, “Birgitta Atlas: Saint Birgitta's Monasteries/Die Klöster der Heiligen Birgitta” (Leiderdorp 2013), p. 243-247; G.R. van Veen: “De broederschap ‘Maria in de Wijngaard’ en ‘onser liever vrouwe in die Sonne’. Archeologisch onderzoek naar twee kloostergemeenschappen aan de Nieuwe Kamp in Utrecht” (Gemeente Utrecht 2010), p. 14-16/103/105/106
Opmerkingen:
Dit klooster werd ook wel Klooster In die Zonne genoemd
ENK Monasticon nummer:
ME-Z015-006
VU Kloosterlijst nummer:
U24