Zoeken in collecties

Uw zoekacties: Vestigingsplaats: Winsum

zzOUD Databestand kloosters in Nederland

beacon
 
 
Erfgoedstuk
Vestigingsplaats
Vestigingsplaats: Winsum
Datering:
1276 - 1581
Orde of congregatie:
Dominicanen
Naam van het klooster:
Broeren; Jacobinen
Plaatsnaam:
Winsum
Provincie:
Groningen
Parochie:
Winsum
Destijds gewest:
Ommelanden
Bisdom:
Münster
Stichting/eerste vermelding:
1276
Opheffing/laatste vermelding:
1581
Type:
Klooster, m
Geschiedenis:
In 1276 vestigden de Dominicanen zich in Winsum, dat toen als potentieel stedelijk centrum gold. Het klooster, dat in 1280 door de orde canoniek erkend werd, behoorde aanvankelijk tot de provincie Teutonia, maar werd in 1303 bij de toen gevormde provincie Saxonia ingedeeld. In 1515 werd het bij de nieuwe provincie Germania Inferior gevoegd. Niet duidelijk is wie de eigenlijke stichter van dit klooster is, waarvan aangenomen wordt dat het aan de westzijde van de huidige Hoofdstraat Winsum gelegen was, dichtbij de daar staande molen. De kerk moet vrij groot zijn geweest, aangezien zij in 1580 als enige parochiekerk in de plaats kwam van zowel de parochiekerk van Obergum als die van Winsum, die te klein waren geworden. Tot tweemaal toe werd tot opheffing van het klooster besloten. De eerste keer in 1494 toen de generaal van orde besloot de dominicanessen van Reide te huisvesten in het klooster in Winsum, nadat de dominicanen daar overgeplaatst waren naar het klooster in Groningen. Dit besluit werd echter niet ten uitvoer gebracht. Tijdens de beeldenstorm in 1566 werd aan het klooster dusdanige schade toegebracht dat het klooster daardoor in een zodanige staat van verval geraakte dat in 1569, nu voor de tweede keer, tot opheffing van het klooster besloten werd. De bewoners zouden ook dan naar het klooster in Groningen worden overgeplaatst. Om onbekende redenen werd dit besluit eveneens niet uitgevoerd. Ook nu bleef het klooster in Winsum voortbestaan, al moesten de toen nog slechts enkele bewoners deze in de jaren ‘70 enkele jaren verlaten. Toen zij in 1577 terugkeerden, stonden zij voortdurend aan plunderingen en gewelddaden bloot. In 1581 was het klooster te Winsum door zijn bewoners definitief verlaten en werd de zorg voor dit klooster en zijn bezittingen aan de prior van de dominicanen in Groningen opgedragen. Deze liet in de daarop volgende jaren puin, stenen etc. van dit klooster naar Groningen overbrengen voor herstelwerkzaamheden aan zijn eigen klooster
Gebruikte literatuur:
Monasticon Batavum, deel II, p. 208; S.P. Wolfs, “Middeleeuwse Dominicanenkloosters in Nederland” (Assen 1984), p. 279 t/m 289; P. Noomen, ‘Winsum in de vroege Middeleeuwen’ in “Winsum 1057-2007” van Stichting Historische Uitgaven Winsum-Obergum (Groningen 2007), p .84/85; R. Alma, S. Broekhoven, C. Kolman, B. Olde Meierink, R. Stenvert, “Monumenten in Nederland. Groningen”( Zwolle 1998). pz. 232; Aartsbisdom van Utrecht: “Archief voor de geschiedenis van het Aartsbisdom Utrecht” (Schiedam 1907), passim
Gebruikte websites:
Website Het Utrechts Archief, http://www.hetutrechtsarchief.nl/collectie/archiefbank/archieftoegangen/zoekresultaat?miview=inv2&mivast=39&mizig=210&miadt=39&micode=1006-5#inv3t1 (22-08-2016)
ENK Monasticon nummer:
ME-P012-050
VU Kloosterlijst nummer:
W26