Zoeken in collecties

Achtkantig doosje met graveerwerk, dat met een drukknopje kan worden geopend

Vergelijkbaar exemplaar met beide onderzetters, vermeld onder inv.nr. Ag/0484. De buitenrand echter bestaat uit fijnere accoladevormen en het graveerwerk uit afwisselend identieke voluten en bloemmotieven, die over de gehele rand dóórlopen

Vergelijkbaar exemplaar met beide onderzetters, vermeld onder inv.nr. Ag/0484. De buitenrand echter bestaat uit fijnere accoladevormen en het graveerwerk uit afwisselend identieke voluten en bloemmotieven, die over de gehele rand dóórlopen

Houten bodem, op de spiegel een ingelegd ivoren plaatje met holle profileringen. Zilveren, lage en geprofileerde standring en geaccoleerde, gewelfde rand. Op de rand graveerwerk van bloemmotieven, blad- en c-voluten: vier niet geheel identieke patronen

Houten bodem, op de spiegel een ingelegd ivoren plaatje met holle profileringen. Zilveren, lage en geprofileerde standring en geaccoleerde, gewelfde rand. Op de rand graveerwerk van bloemmotieven, blad- en c-voluten: vier niet geheel identieke patronen

Bestaande uit: het missiekruis dat missionarissen ontvingen bij vertrek naar de missie (1). Een zilveren servetring ter gelegenheid van zijn gouden priesterjubileum (2), met op de voorzijde het bisschopswapen van mgr. Paulissen, op de achterzijde de data "12 juni 1904-1954" en aan de binnenzijde de tekst "kinderen Florack". Een etsplaat met afbeelding van de H. Hubertus die in het woud het hert met kruis tussen het gewei ziet met daaronder de wapenspreuk van mgr. Paulissen "venator animarum", de dag en plaats van zijn bisschopswijding, zijn wapenschild en zijn handtekening (3). Een zegelstempel met centraal zijn wapen, wapenspreuk en daar omheen de tekst "Hubertus Paulissen Episc. Pomariensis. Vic. Apost. de Kumasi" (4). En een inktstempel met centraal een gelijkarmig kruis en daar omheen de tekst "Hubertus Jos. Paulissen Eps. tit. ionopolitanus" (5).

Ovale bak met doorlopende, geschulpte overgang naar de steel. Deze verbreedt zich en gaat over in een gerond gedeelte met geschulpte en golvende rand. Op de steel graveerwerk van lineaire en geometrische, elkaar kruisende motieven en stippelranden

Ovale, geprofileerde en licht gewelfde voet. Ovaal bekken met vlakke rand. Zowel op de spiegel als op de rand een fries van meanders tussen fijn geschulpte randen. Accoladevormige handgrepen met bladmotief en c-voluut bij de aanzet

Hol gewelfde ring met drie profielranden aan onder- en bovenzijde. In een door bladertakken omgeven schild gegraveerd "de Bruijn / 1858". Mogelijk is dit Cornelis de Bruijn, die in 1837 seminarist was en intrad in 1841

Zilveren servetring versierd met parelranden en in het middende letters PP omgeven door florale motieven.

Aan boven- en onderzijde uitstekende parelrandjes. In het gegraveerde medaillon de letters J.L.V

Ovale, ongedecoreerde ring met afgeplatte korte zijden en verdikte randen. De randen van de lange zijden zijn voorzien van drie inkepingen. In het midden van één van de lange zijden gegraveerd "245"

Achtzijdige, ongedecoreerde ring met verbrede rand. De randen van de lange zijden zijn voorzien van drie inkepingen

Rond lichaam met binnenwaarts gebogen randen. Centraal een gegraveerde sierrand van grillige, kiezelachtige patronen, onderbroken door een liggend ovaal waarin gemonogrammeerde, gotiserende initialen F I C (grote, gearceerde F, waaraan kleine, gearceerde C, tegen centrale letter I (?) met fleur-de-lyseinden)

Ovale ring met een geaccoleerde en geschulpte rand, de achterzijde van de ring minder hoog dan de voorzijde. Tegen de voor- zijde een opgelegde liggende ruit van bladmotieven rond een centrale vrucht. Aan de achterzijde de gegraveerde initialen in min of meer gotiserend schrift "F V"

Ovaal cilindrisch lichaam met ingesnoerde boven- en onderrand. Op het lichaam gegraveerd in gotisch schrift "Souvenir", omgeven door bladranken. Voorts een blanco cartouche, aan weerszijden een bladertakje. (Mogelijk is het opschrift weggesleten)

Cilindrische ring uítstekende randen, voorzien van een parelrand. Op het lichaam gegraveerd een tekstbanderol met de initialen in sierlijk schrift "L E". Aan weerszijden van de banderol een gegraveerd bloemtakje

Licht concaaf lichaam met verdikte randen. Op het lichaam een cartouche van onder meer voluten, waarin de initialen in lopend schrift "J. W. H.". Aan boven- en onderzijde een rand van fleur-de-lysmotieven. Min of meer gearceerd oppervlak met de uitgespaarde letters "..n Appel.." (in gotisch schrift)

Concaaf cilindrisch lichaam met spiegelbeeldige sierranden in de vorm van arceerranden, ruitpatronen en gestileerde bladvormen. Op het gladde middenstuk de sierlijk gegraveerde initialen "A.P.H."

Gewelfd basementje met schuine rand, waarop drie in elkaar gevlochten ringen

Dekseltje met gearceerd randje, de smalle ring is onversierd

Dubbel gewelfd basementje met cilindrische rand waarop een achthoekige ring. Graveerwerk op basement in de vorm van gegolfde lijnen met stippen; op twee zijden van de achthoek een ruitpatroon, op twee andere zijden een bladrankmotief, de andere zijden zijn ongedecoreerd

Dubbel gewelfd basementje met cilindrische rand waarop een achthoekige ring. Graveerwerk op basement in de vorm van gegolfde lijnen met stippen; op twee zijden van de achthoek een ruitpatroon, op twee andere zijden een bladrankmotief, de andere zijden zijn ongedecoreerd

Twee sierkurken getopt door een vogel. Van een van de stops is de voet afgebroken

Gedrukt klokvormig basementje met cilindrische rand, waarop een haan. De kurk ontbreekt bij beide exemplaren