Zoeken in collecties

De Fraters van Tilburg begonnen in 1858 op verzoek van, en met financiële medewerking van, de familie De la Geneste een nieuwe stichting in Grave. Doel was de zorg voor weesjongens en het onderrichten van arme kinderen. Daar kwam al snel een derde doel bij: de opvoeding van blinde jongens. In 1966 verhuisde het instituut naar nieuwbouw in Nijmegen.

Groepsfoto's van zusters met enkele heren. Eén foto (1) is genomen op de binnenplaats van het huis te Hoorn t.g.v. de viering van het 40-jarig bestaan van de communiteit in Hoorn op 1 juli 1936. Achter de middelste bloemenmand zit Moeder Ma. de Pazzi, algemeen overste van de Congregatie van "De Voorzienigheid". Achter haar staat de priester-directeur van de congregatie, 'waarde vader' W.J.J. de Jongh. De heren zijn regenten van het weeshuis en enkele leden van de Fathers van Mill Hill, van wie het missiehuis in Hoorn was gevestigd. De andere foto (2) is genomen in de regentenkamer van het wees- en bejaardenhuis te Hoorn. In het midden staat bisschop P.J. Huibers afgebeeld. Vóór zijn bisschopswijding was mgr. Huibers deken van Hoorn. De foto moet zijn genomen in de periode mei 1940 - december 1946.

Foto gemaakt bij de viering van het 50-jarig bestaan van het internaat en de lagere school in 1938.

Foto van de jongens van het R.K. Jongensweeshuis aan de Lauriergracht 105 te Amsterdam. Achterop de lijst staan enkele handgeschreven aantekeningen met potlood en pen. De foto is genomen "ter gelegenheid van de abusievelijke viering van het 250-jarig bestaan in 1948". De kinderen dragen geen uniforme kleding meer. De afgebeelde auto was de hoofdprijs in de loterij bij het feest ter gelegenheid van het 250-jarig bestaan. Het abusievelijke aan de viering was waarschijnlijk dat het weeshuis in 1686 aan de Lauriersgracht werd gevestigd en dus in 1948 al 262 bestond.

Gedicht 'Dit was de rijkdom van haar leven' van Han van Erde Dubois, pseudoniem van H.M.L. Kerckhoffs. Het gedicht, verspreid in 1962 bij het 125-jarig bestaan van de congregatie, heeft betrekking op de stichteres Elisabeth Gruyters.

Aan de achterzijde is een papiertje bevestigd met de tekst: "Ter herinnering aan het eerste lustrum dat bijna geheel werd doorgebracht in oorlogstijd. Van de eerste overste, Zr. M. Catharina".

Twee maal kop en schotel (1,2) aangeboden bij gelegenheid van het afscheid van de Congregatie der Kleine Zusters van de H. Joseph van het De Wever-ziekenhuis (vroegere St. Joseph-ziekenhuis) te Heerlen in 1990, bij het vertrek van de laatste zuster. Gedenkbord (3) aangeboden door de gemeente Horst aan de communiteit Horst-Meterik van de Kleine Zusters van de H. Joseph bij hun vertrek uit de gemeente in 1990. Gedenkbord (4) aangeboden door het personeel van Huize Piushoeve te Nijmegen aan de Kleine Zusters bij gelegenheid van het 12,5-jarig bestaan van dit kloosterbejaardenoord in mei 1985.

De kerk is tussen 1884 en 1884 aan de Goudse Rijweg te Rotterdam gebouwd voor de paters Redemptoristen, die sinds 1881 in Rotterdam gevestigd waren. In 1885 werd het naast de kerk gelegen klooster voltooid. De kerk is ontworpen door architect Johannes Kayser. Wegens teruglopend kerkbezoek is de kerk in 1978 gesloten.

Het verbouwde huis Bethanië is ingewijd door mgr. Aengenent .

Opschrift in hoogreliëf "1371 Cultus Dei me / fundavit . observatia / servavit . incrementum / renovavit . 1962-'63"

De steen is ingemetseld geweest boven de grote deur naar buiten in de kapel van Bethanië. De kapel werd in 1952 gebouwd en in 1953 geconsacreerd. De bijbehorende oorkonde was achter de steen ingemetseld.

Opschrift: "Quod / S. Agathae sacrum / parietibus . tenus . igni . crematum / prior . ac . fratres . conventus / instaurandum . ampliandumque / curarunt / A.D. MDCCCCXXXXVIII". Tussen het eerste en tweede tekstgedeelte is een kruisherenkruisje gebeiteld

Op de prent portretfoto's van de omgekomen fraters van de Fraters van Tilburg met daaronder hun kloosternaam en de datum dat ze overleden zijn. Daarbij de tekst "Heer, schenk Uw eeuwige rust en Uw eeuwig licht aan deze trouwe werkers in Uw wijngaard, die tot U kwamen, dragend in hun handen de kostbare schatten der Genademiddelen van Uw H. Kerk, en de rijke schoven, geoogst in harde arbeid op Uw missieveld." en "Gedenk, Heer, hun trouw tot in den dood.".

Geschonken aan pater Piet Nelen cssr, provinciaal van de orde, tijdens zijn bezoek aan de ETER, Escuola Tecnica Electronica Redentoristae (Technische Hogeschool van de Redemptoristen) in Campina Grande (Brazilie) door de leerlingen, seminaristen ouders, professoren en confraters uit dankbaarheid voor de (financiële) steun van de Nederlandse provincie van de redemptoristen. In de Portugese tekst op het plaatje betuigen leerlingen, seminaristen, ouders, professoren en confraters dank: Dankzij uw edelmoedige steun kunnen wij de toekomst hoopvol tegemoet zien. Gedateerd: Campina Grande, 31 juli 1991.

Tekst op de gedenkplaat: "Reconaissance à Jésus pour la guérison de notre vénérée superérieure Ursulines Eijsden 17 Oct. 1905". Zeer waarschijnlijk betreft het de genezing van mère Hélène Marzoratti (1841-1912) die van 1869 tot 1908 moeder-overste was van het ursulinenklooster in Eijsden.

In 1886 werden in Uganda aan het hof van koning Mwanga 22 katholieke bekeerlingen tot de brandstapel veroordeeld, omdat ze hun geloof niet wilden opgeven. De bekeringen waren het werk van de Witte Paters die sinds 1878 in Uganda aanwezig waren. Zij voelden zich zeer betrokken bij de marteldood van de 22 Ugandezen. Deze zijn in 1920 zalig en in 1964 heilig verklaard. De gedenkpenning is uitgegeven in 1964 bij de heiligverklaring. Op de ene zijde zijn 12 martelaren rond het Lam Gods afgebeeld met langs de onderrand de tekst "CANONIZATIO A.D. 1964". Op de andere zijde zijn 10 martelaren afgebeeld die worden omarmt door een vrouwelijke heilige (Maria?) met langs de rand de tekst "SS. MART. UGANDA PRO CHRISTO A.D. 1885-1887 INTERFECTI". Alle HH. Martelaren zijn vergezeld van een eigen attribuut.

Rond plaatje met op de ene zijde de tekst: "Soúvenir missie 'S Hertogenbosch 8'-22' november 1843"; en op de andere zijde: "Hulde de R.C. van S Hertogenbosch, aan de E.E. P.P. Redemptoristen".

De penning heeft aan de voorzijde het uiterlijk van een antiek Romeinse munt met daarop een afbeelding van de personificatie van de stad Rome: de godin Roma in wapenuitrusting zittend weergegeven met op haar uitgestoken hand een klein figuurtje (de godin Victoria) en rondom haar de tekst: "Roma aeterna sc." Op de achterzijde van de penning centraal weergegeven het embleem van de congregatie met de tekst "signum fidei", hier rondom heen staat de tekst: "XXXIX capitulus generalis MCMLCVI".

De penning werd aan pater Jan van de Meer aa, de provinciaal overste van Nederland, uitgereikt in 1986 door pater Hervé Stephan aa, generaal overste van de assumptionisten, tijdens de congregatieraad in Boston. Aan de ene zijde van de penning een afbeelding van de bekering van Augustinus, aan de andere zijde zijn inkleding.

Op 26 mei 2002 werden drie Bulgaarse paters assumptionisten door Paus Johannes Paulus II zalig verklaard: Kamen Vitchev (1893-1952), Pavel Djidjov (1919-1952) en Josaphat Chichkov (1884-1952). De drie assumptionisten zijn tijdens het communistisch bewind valselijk beschuldigd van het beramen van een samenzwering tegen de Bulgaars regering. In de nacht van 11 op 12 november 1952 zijn zij op de binnenplaats van de gevangenis van Sofia ter dood gebracht.

Deze penning kregen alle broeders op 30 januari 1992 bij hun afscheid van Huize Voorburg. Op 1 januari 1991 waren de psychiatrische ziekenhuizen 'Voorburg' te Vught en 'Reinier van Arkel' te Den Bosch samengevoegd in de Stichting Reinier van Arkel. Aan de ene zijde is de gevelsteen afgebeeld van het huis in Den Bosch aan het Hinthamereinde, waar in 1442 Reinier van Arkel het eerste dolhuis stichtte. Aan de andere zijde is Huize Voorburg afgebeeld met het jaartal 1885.

In kort bestek wordt vermeld de dreigende ondergang van de Orde van het H. Kruis, het voortbestaan van het klooster Sint Agatha en de herleving van de orde. Koptekst: CATASTROPHE / Ordinis S. Crucis, Capituli Huensis. / Deus opt: Maximus (: qui temperat rerum vices:) / S: Agatham conservet in seros Annos!. Erbij worden vermeld 1. de namen van Kruisheren uit andere kloosters, die naar St. Agatha waren uitgeweken, 2. de namen van hen die in het begin van de 19de eeuw in St. Agatha waren ingetreden en 3. de namen van hen, die bij de herleving in de jaren veertig van de 19de eeuw in St. Agatha zijn ingetreden. Voorts een korte samenvatting van de herstichting van de kloosters te Diest en Maaseik en van de poging zich te vestigen in Noord-Amerika. Tenslotte de vermelding van de ge- nerale kapittels en van het feit dat St. Agatha noviciaatshuis wordt. Aan de onderzijde een chronogram: aMante Deo CresCens CLarUIt (Door de Liefde van God schittert het in zijn groei). Tekst in majuskels en minuskels, deels in gotisch schrift, in rood en zwart. De gedenklijst is geplakt op een blad papier, waardoor een soort passepartout wordt gesuggereerd. Achter glas in een houten, zwart gelakte lijst met goudkleurige binnenrand

Lijst met vermelding van de lotgevallen van het klooster Sint Agatha tussen 1580 en 1820, alsmede de namen van overleden Kruisheren in die periode. Koptekst "Vicissitudines et Fata huius domus / Quae per duo Saecula Sustinuit mira sorte Beatior". Bord verdeeld in twee compartimenten, elk compartiment is weer verdeeld in twee kolommen, gescheiden door een sierrand met golfmotief en stippen. De teksten zijn geschreven in majuskels en minuskels, deels in gotisch schrift. De majuskels met rode inkt (is tot bruin verkleurd). Tekst achter glas in zwart gelakte lijst met goudkleurige binnenrand

Op het glaasje staat de toren van Huize Bethanië. Elke Bethaniër kreeg dit glas bij het 50-jarig bestaan.

Met de namen van de landen waar de Ursulinen gevestigd waren.