Zoeken in collecties

In een document van 856, werd door Lotharius I de schenking van het dorp Empel aan de in het Franse Noorderdepartement gelegen Benedictijnerabdij van Crespin bevestigd. Het oorspronkelijke bewijsstuk, een schenkingsacte van koning Clovis IV, uit naar schatting 690- 694, ging verloren. In 1142 en 1146 wordt de schenking nogmaals bevestigd door respectievelijk paus Innocentius II en Keizer Koenraad III. In de schenking was tevens de kerk van Empel begrepen, waaraan in 870 door de Paltsgraaf Ansfridus alsnog het patronaat van deze kerk werd toegevoegd. Vóór 1146 gingen de landerijen, die de in de huidige Duitse deelstaat Hessen gelegen abdij van Lorsch in 968 blijkens een synode van dat jaar nog in Empel bezat, door koop over aan de abdij van Crespin. Voor het voor de abdij beheren van de goederen, waarvan de landerijen een oppervlakte van 1.460 ha. besloegen, werd een proost aangesteld. De stichter van de abdij van Crespin en eerste abt, Landelinus (623-686), werd de patroon- en beschermheilige van Empel en is dat tot op de dag van vandaag nog steeds. In 1201 verkocht de abdij de goederen aan Hendrik II, hertog van Brabant. De proosdij werd vermoedelijk ook in die tijd opgeheven