Zoeken in collecties

Uw zoekacties: Kloosterorganisatie: Caulieten

Kloosters in Nederland

beacon
1  records
 
 
Kloosterorganisatie
Kloosterorganisatie: Caulieten
Orde of congregatie:
Caulieten
Alternatieve namen:
Orde van Val des Choux; orde der Caulieten
Stichter, stichteres:
Viard (Guido)
Stichtingsjaar:
1193 - Tijdens de Franse Revolutie
Land van oorsprong:
Frankrijk
Vestiging Nederland:
1212
Vertrek uit Nederland:
1448
Doelstelling:
Contemplatie
Geschiedenis:
De orde der caulieten, een religieuze mannenorde binnen de Rooms-Katholieke Kerk, ontleende zijn naam aan de plaats van oprichting, Vallis Caulium of Val-des-Choux in Bourgondië. In een grot in de bossen daar trok Viard, een lekenbroeder van de kartuizer priorij van Lugny, zich in de 12e eeuw terug om er een leven als kluizenaar te leiden. Door zijn dagen in gebed en soberheid door te brengen, verwierf hij in de loop der tijd de status van een heilige. Op de plaats van de grot liet Odo III, hertog van Bourgondië, ter nakoming van een belofte gedaan tijdens de Vierde Kruistocht, een kerk en een klooster bouwen. In 1193 werd Viard prior van dit klooster. Hij stelde de leefregel op voor de orde der caulieten die op de regel van Sint Benedictus berustten met enkele aan de kartuizer- en cisterciënzerregel ontleende toevoegingen. Deze leefregel werd in 1205 door paus Innocent III goedgekeurd en in 1223 bij bul van paus Honorius III enigszins verzacht. Caulieten, waarvan een priorij niet meer dan 20 leden mocht tellen, legden geloften van armoede, gehoorzaamheid en reinheid af. Ze gaven al hun bezittingen op en keerden zich, gehuisvest in kleine cellen, mentaal van de wereld af. Ze kregen een klein inkomen, genoeg om in de eerste levensbehoeften te voorzien en om de noodzaak van bedelen of werk buitenshuis weg te nemen, zodat zij zich geheel aan studie, gebed en contemplatie konden wijden. Op zijn hoogtepunt kende de orde der caulieten dertig vestigingen, waarvan de namen van slechts twintig vestigingen bekend zijn. In Nederland hadden de caulieten in Nuhem een in 1240 gesticht klooster, dat de naam Sint-Elisabethsdal had en dat in 1434 over ging naar de orde van de reguliere kanunniken van Sint Augustinus. Vanuit Elisabethsdal stichten de caulieten in 1342 in Sint Joost bij Echt een klooster, dat kort voor 1448 door begarden overgenomen werd. Vanaf de 15e eeuw traden nauwelijks nog leden toe tot de orde der caulieten, die tijdens de Franse Revolutie ophield te bestaan
Gebruikte bronnen:
Monasticon Batavum, Deel III, p. 87; J. van Eijnatten en F. van Lieberg, “Nederlandse Religiegeschierdenis” (Hilversum 2006), p. 123, F.Q. Hoebens, “Kloosters in Limburg” (Utrecht 2017), p. 196; E.W.J. Ficken, “ Parochie H. Gertrudis Maasbracht (-dorp). Terugblik op de veelbewogen historie van een parochie” (Maasbracht 1999), p. 10, “De Katholieke Encyclopaedie, deel 7” (Amsterdam 1934); Jakob von Vitry, Okzidentale Geschichte 17, übers. von Christina Franke, mit Anm. von Björn Gebert, in: “Mittelalter. Interdisziplinäre Forschung und Rezeptionsgeschichte 1” (2018), p. 249, voetnoot 3
ENK Monasticon nummer:
P053